Procedure voor nieuwbouw M HKA afgeblazen

In februari 2018 besloten het Antwerpse stadsbestuur en toenmalig cultuurminister Sven Gatz om te investeren in een nieuw gebouw voor het Museum voor Hedendaagse Kunst Antwerpen (M HKA). Die beslissing viel nog geen jaar nadat het museum een transformatie van 1,3 miljoen euro had ondergaan die het in stelling moest brengen voor zijn rol van ‘internationale ambassadeur van de Vlaamse beeldcultuur’, met onder meer grotere aandacht voor de collectie (zie Dirk Pültau in De Witte Raaf nr. 189, die deze operatie ‘de duurste reclamecampagne ooit uit de geschiedenis van de Vlaamse kunstwereld’ noemde). Voor het nieuwe gebouw, dat tegen 2024 zou moeten verschijnen op de site Zuidersluis, vlak bij de huidige locatie, werd een budget van 65 miljoen euro vrijgemaakt. Het zou dubbel zo groot zijn als het huidige onderkomen, waardoor het M HKA eindelijk in een volwaardige collectiepresentatie zou kunnen voorzien. Het onder Gatz ingezette traject, met onder meer een architectuurwedstrijd, zou door de nieuwe cultuurminister Jan Jambon worden voortgezet, zo liet deze verstaan in zijn beleidsnota van november 2019. Voor het einde van de huidige regeerperiode, zo plande Jambon, moest de bouw van het museum beginnen. In maart, amper vijf maanden later, volgde het opmerkelijke nieuws dat de procedure wordt afgebroken. Officieel luidt het dat de jury van de architectuurwedstrijd niet tot een unaniem oordeel kon komen omtrent de in overweging genomen ontwerpvoorstellen van het Brits-Belgische team Caruso St John Architects & 51N4E en het Japanse architectenbureau SANAA. Niet de kwaliteit van de voorstellen, wel een voortschrijdend inzicht in de noden van M HKA zou daarvan de oorzaak zijn. Het kabinet communiceert niet over wat die plots opgedoken nieuwe noden inhouden. Die zullen moeten blijken wanneer een nieuwe procedure wordt opgestart, al dan niet met een ‘open oproep’. Aan de afgebroken procedure hangt een prijskaartje van algauw een half miljoen euro. De allesbehalve transparante gang van zaken roept in de context van de recente besparingen op het cultuurbudget niet alleen veel vragen op, maar veroorzaakt ook onbegrip. Vlaanderen bouwt de laatste jaren overigens een slechte reputatie op wanneer het gaat om ontwerpvoorstellen voor belangrijke culturele instellingen. Zo leidde onenigheid over het al dan niet respecteren van de budgettaire grenzen tot het afblazen van het oorspronkelijke project voor de openbare omroep. De Raad van State verwierp het geselecteerde ontwerp van 51N4E voor de verbouwing van het Kaaitheater omdat het niet voldeed aan een van de eisen van het bestek. Het KMSKA is sinds 2011 dicht voor renovatie- en restauratiewerken die veel complexer blijken dan voorzien; Manfred Sellink, die in februari in onderling overleg opstapte, is vijf jaar directeur geweest van een gesloten museum. Door toedoen van de Vlaamse Bouwmeester kon geen enkel Belgisch architectenbureau deelnemen aan de ontwerpwedstrijd voor de Opera in Gent, wat vanuit de architectuurwereld leidde tot de retorische vraag of het dan aan expertise ontbreekt in eigen land. (DM)