Metacity, Datatown
Het architectenbureau MVRDV schuwt ambitie niet. Het legt in zijn werk alle expertise die op dit moment andere disciplines toebedeeld krijgen, weer terug bij de architect: fysica, constructie- en installatietechiek, economie, scheikunde, statistiek. MVRDV is het meest bekend geworden door spectaculaire vormgeving, van het woon-zorgcomplex (wozoco) in het Amsterdamse Osdorp en het VPRO-hoofdgebouw in Hilversum. Maar het bureau laat zich vooral voorstaan op inventieve oplossingen. En inventiviteit, zo lijkt hun boodschap, bereik je alleen door te durven denken!
Winy Maas’ audiovisuele presentatie bij Stroom is een gedachtenexperiment dat aan oplossingen voorafgaat. Datatown heeft niets te maken met de stad in de gebruikelijke betekenis. Het is een opeenhoping van gegevens, als gevolg van het consequent doordenken van een vraagstelling, binnen de volgende randvoorwaarden. Stel: je hebt een stad waarvan de omvang bepaald is, zoals al eeuwenlang gebruikelijk bij stedenbouwkundigen, door de eis dat je haar binnen een uur kunt doorkruisen. Met het modernste vervoermiddel van dit moment, de kogeltrein, kom je dan uit bij een kwadrant van 400 bij 400 kilometer. Stel dat deze stad viermaal de dichtheid heeft van een van de dichtstbevolkte landen ter wereld, Nederland, dan krijgt de stad 250 miljoen inwoners. Stel dat deze stad volledig zelfvoorzienend moet zijn: er is geen buitenland. Hoeveel vierkante kilometer oppervlak heeft deze stad nodig om zichzelf te voorzien, of, in dit geval: hoeveel lagen van 400 bij 400 kilometer krijgt deze stad?
In een prachtig vormgegeven presentatie is deze vraag voor drie sectoren beantwoord: landbouw, afval en bos (ten behoeve van de opvang van de CO2-uitstoot). Hierna zullen nog 22 sectoren worden uitgewerkt en worden toegevoegd op toekomstige tentoonstellingen. De toeschouwer wordt omgeven door vier schermen, waarop alleen al deze drie sectoren het landschap spectaculair de lucht in laten schieten. Wie een kwartier later Datatown uitstapt, neemt vooral de afvalbergen mee op zijn netvlies. Maar ook het gegeven van een mogelijke halvering van het landbouwareaal als iedereen vegetariër zou worden, zeurt na.
De tentoonstelling blijft beperkt tot een experimentele verkenning. Oplossingen ontbreken en dat is enigszins een gemis, omdat het experiment de zinnen dermate op scherp zet, dat het uiterst nieuwsgierig maakt naar de volgende stap: de aaneenkoppeling van de sectoren en de stedenbouwkundige – het woord klinkt in deze context hilarisch ouderwets – uitwerking ervan. Onduidelijk is hoe Datatown zich verhoudt tot de twee films, rondvluchten boven Mexico-stad en Sao Paulo, die getoond worden. Behalve het overduidelijke patent van beide op verticaliteit en vooral hoge dichtheid, zijn dit volstrekt andere realiteiten dan Datatown, waarvan de inputgegevens gebaseerd zijn op het Nederlandse productie- en consumptieniveau, dat vele malen hoger ligt dan dat van het overgrote deel van de wereld. Datatown realised zou van Mexicostad en Sao Paulo paradijselijke lustoorden maken, tenzij MVRDV met een verbluffende conceptuele vernieuwing komt, en een stad tot boven de wolken weet te ontwerpen. Of voortrekker wordt van de milieubeweging en de Socialistische Partij. Die hebben een patent op het genezen van onze verziekte consumptiemaatschappij, toch?
• Metacity/Datatown van Winy Maas loopt nog tot 14 februari bij Stroom, haags centrum voor beeldende kunst, Spui 193-195, 2511 BN Den Haag (070/365.89.85).