width and height should be displayed here dynamically

Andy Warhol. Other Voices, Other Rooms

Met Other Voices, Other Rooms presenteert gastcurator Eva Meyer-Hermann in het Stedelijk Museum een tentoonstelling die het “innerlijke landschap” van Andy Warhol moet verbeelden. De titel van dit reizende overzicht is een verwijzing naar het gelijknamige boek van Truman Capote, een beschrijving van een zoektocht naar zijn vader die tegelijk tot de ontdekking leidt van zijn homoseksualiteit. De titel is treffend gekozen en niet alleen vanwege de obsessieve belangstelling van de homoseksuele Warhol voor Capote. In navolging van Warhols onuitputtelijke energie om zijn eigen persoon telkens te reconstrueren en zijn omgeving te reproduceren, brengt de tentoonstelling met verschillende kamers verschillende stemmen van Warhol tot spreken. Dat je daarvoor eerst de rode loper over moet om vervolgens door twee lampen te worden geflitst alsof er hordes journalisten jouwcelebrity-status op de gevoelige plaat vastleggen, is helaas van een platheid waaraan zelfs Warhol moeilijk kan tippen. De eerste zaal geeft een biografie van Warhol in 46 beelden en er worden vier films van vier regisseurs over Warhol getoond. De spiegels en spiegelzuilen verbeelden de ongrijpbaarheid van zijn persoon. Uitspraken van Warhol zijn in spiegelbeeld geciteerd, te lezen met behulp van de tegenoverliggende spiegel. Ook deze triviale vondst veroorzaakt een lichte rilling. Het nummer I’ll Be Your Mirror van The Velvet Underground benadrukt op een veel subtielere manier zijn ontglippende persoonlijkheid, in de eerste zaal ook nog eens gethematiseerd door de film Andy Warhol’s Exploding Plastic Inevitable van Ronald Nameth. In deze film in zwart-wit uit 1967 gebruikt Nameth cross-fades, plotselinge stills, close-ups, slow motion en de effecten van het pas ontdekte stroboscooplicht. Het zijn enkele van de technieken waarmee Warhol experimenteerde in zijn eigen films uit de jaren ’60, waarvan er 19 worden getoond in het ‘filmlandschap’. De opstelling in Filmscape biedt een mooie gelegenheid om de films met elkaar te vergelijken. Warhol liet vooral zijn entourage die rondhing in The Factoryfigureren in zijn films. Dat leverde onder meer een mooi vierdubbelportret op van superstar Edie Sedgwick. InOuter and Inner Space filmde Warhol haar in realtime terwijl achter haar een eerder opgenomen video op een televisie wordt afgespeeld waarop we haar hoofd in profiel zien. Het sorteert het vreemde effect dat Edie in gesprek met zichzelf lijkt te zijn. Een verdubbeling die Warhol nog eens herhaalt door een double screen te gebruiken.

Het observeren van mensen is een belangrijke component in Warhols werk. Vrijwel al zijn films vertonen een voyeuristische inzet. Mrs. Warhol biedt letterlijk een kijkje in de keuken van zijn moeder. In Henry Geldzahlerraakt de ‘acteur’ uitgeput en verveeld door het cameraoog dat uren op hem gericht staat. De zogenoemdeScreentests, waarvan er in een aanpalende zaal 40 te zien zijn, benadrukken het registrerende aspect van de observatie. De concentratie van de deelnemers, die de opdracht hebben gekregen zich niet te verroeren, wordt versterkt doordat Warhol de opnames van 24 beelden per seconde, in 16 beelden per seconde afspeelt. Een truc die hij wel vaker toepaste, zoals in Empire, waarin hij acht uur lang The Empire State Building bij nacht filmt vanuit één statisch camerastandpunt.

In de jaren ’70 en ’80 wierp Warhol zich op het medium televisie. Hij slaagde erin een reeks programma’s te laten uitzenden op diverse kabeltelevisiekanalen in Amerika. Al zijn 42 programma’s zijn te zien op een grote hoeveelheid televisies in TV-Scape, waarvan de eerste productie de beroemde Andy Warhol’s Fifteen Minutes is. De mogelijkheid van 15 minuten roem wordt op tenenkrommende wijze herhaald in de Studio Room, speciaal ingericht voor tentoonstellingsbezoekers die de behoefte hebben hun ‘talenten’ voor een camera te demonstreren. Naast de keuze voor een publieksspektakel lijkt deze miskleun ook ingegeven door de gedachte dat Andy Warhol meer dan ooit actueel is. De aankleding van de tentoonstelling moet aantonen dat Warhol de heerschappij van de massamedia voorzag. De vragen in de zaaltekst spreken voor zich: “Is dit wat Andy Warhol jaren geleden al heeft zien aankomen? Wat zou hij van deze ontwikkelingen zeggen?” Een goeie visuele opstelling als de doorkijk vanuitFilmscape naar de Silver Clouds wordt meteen weer verprutst door een ballenbak waar bezoekers naar hartenlust kunnen spelen met de gemetalliseerde heliumkussens. De randprogrammatie drijft op hetzelfde elan, met onder meer een workshop Andy Candy taart maken.

“Mijn werk heeft geen enkele toekomst. Dat weet ik.” Deze uitspraak van Warhol interpreteerde Joost Zwagerman in NRC Handelsblad (12 oktober 2007) als een mislukte profetie over de blijvende populariteit van zijn werk. Maar daarbij verliest hij de ambivalentie van Warhols talrijke statements en oneliners uit het oog. Zijn uitspraak kan evenzeer duiden op het feit dat zijn werk niet over een toekomst gaat, net zomin als over een verleden, maar zich volkomen situeert in een heden. Iets dat overigens sterk tot uitdrukking komt in het ‘kosmische landschap’. In en rond de 28 tentoonstellingszuilen van Cosmos wordt Warhols interesse in zijn eigen tijd gestaafd met de vroege schoentekeningen die hij maakte als grafisch ontwerper, met beroemde zeefdrukreeksen als Electric Chair,Campbell’s Soup en Marilyn Monroe, met het Mao-, vis- en koebehang, de polaroidfoto’s en de contactsheetswaarop hij zijn keuzes met rode stift markeerde, met geluidsdocumenten, waaronder een gesprek met Truman Capote in een restaurant… Uit alles blijkt een bijna manische drang het heden te grijpen. De omgekieperde Time Capsule 61 is een goede metafoor. In een kartonnen doos stopte Warhol prullaria en memorabilia daterend van 1910 tot 1971 die hij op dat moment van belang achtte. De tijdscapsule is zowel een uitsnede van het warholiaanse universum als een ironische verwijzing naar de oorspronkelijke Griekse betekenis van kosmos: orde. Warhol refereert aan het menselijke verlangen en vermogen om een gefragmenteerde input tot een waarschijnlijk scenario om te vormen.

Het verlangen naar ordening en doorzichtigheid ketst nog sterker af op Warhol als persoonlijkheid. Wat er achter zijn masker schuilgaat, kan niet op bevredigende wijze worden beantwoord. Warhol is een great pretender. Hij stileerde zich naar anderen, maar vanuit het ideaaltype van de manipulator die weet in te spelen op de verlangens en ijdeltuiterij van de anderen. En op die van zichzelf, want het paradoxale is dat Warhol zichzelf telkens blootgeeft als manipulator. Het is zijn meesterlijke opzet dat je niet anders kan dan continu met wijd open ogen in zijn glamoureuze vallen trappen. Die vallen blijken een grote iconische allure te hebben. Warhols materiële ‘output’ laat bijkans de indruk na dat de persoon Warhol niet meer nodig is. Dat werk is samen met het icoon Warhol een eigen leven gaan leiden in een ander nu. Warhol geldt als de eerste die de mogelijkheden van de massamedia ten volle benutte. Tegelijkertijd toonde hij de keerzijde van die massamedia en het bijhorende sterrendom. De vormgeving van deze tentoonstelling lijkt dit haast te weerleggen en doet je bijna vergeten hoe ontluisterend, ontroerend en tongue in cheek Warhols oeuvre ook kan zijn.

• Andy Warhol. Other Voices, Other Rooms tot 13 januari in het Stedelijk Museum CS, Post CS-gebouw, Oosterdokskade 5, Amsterdam (020/5732.911; www.stedelijk.nl).