Ik zie wat jij niet ziet
Alias “Begin de Begijne in Vlaanderen”. Deze reeks tentoonstellingen met hedendaagse kunstenaressen in de Elizabethzaal van het Kortrijkse Begijnhof sluit af met Mona Hatoum en Jana Sterbak. Klonk de beginselverklaring van het hele project in aanvang niet weinig duister, na verloop van tijd droegen de realisaties zelf van dit zeer heterogene gezelschap, samengebracht door Catherine de Zegher van Kunststichting Kanaal, stilaan bij tot een beter begrip. Zich bewust van de beperkende categorisering ‘vrouwelijke kunst’ heeft ze met het nodige lef een tentoonstellingsproces in gang gezet, waarop gaandeweg de twaalf kunstenaressen bijwijlen erg verfijnd en ambigu inspeelden. De scepsis tegenover de combinatie van de beladen locatie en het zich bewust beperken tot vrouwen, zwakte af en maakte plaats voor nieuwsgierigheid naar het vervolg en naar de voltooiing van het project. Eind 1995 wordt in Boston een selectie van deze projecten samen getoond, aangevuld met ander werk van vrouwelijke kunstenaars uit deze eeuw. Deze tentoonstelling zal vervolgens onder meer langs België reizen.
Zo heeft nu Mona Hatoum de sobere ruimte in het begijnhof op het eerste gezicht vrijwel onaangeroerd gelaten. Maar je voelt het, vóór je het ziet. Onverwacht, nauwelijks een aanraking, een spinnewebgevoel. Hatoum heeft losgekamde, lange haren, ragfijn, met eindjes aaneengeknoopt, haast onzichtbaar aan de dwarsbalken van het plafond bevestigd. Ze heeft ze tot bolle, lichte pluizen gewikkeld en verspreid. Zo zie je nu. In onrustwekkende aantallen liggen haarpluizen in het rond op de plankenvloer. Diagonaal ten opzichte van de deur staat een sjofel werktafeltje in het licht van een raam; op de tafel een klein raamwerk met een strak aangespannen weefsel van haren. Het bekijken van dit minutieuze en arbeidsintensieve werk roept onwillekeurig Vermeers “De kantwerkster” in herinnering. Maar hier ontbreekt de lichamelijke aanwezigheid van een persoon. Enkel de aanwezigheid van het – toch wel seksueel geconnoteerd – lichamelijk restmateriaal beroert hier een gevoelige snaar. Op een vensterbank ligt een stuk witte zeep, waaruit een aantal haartjes priemt; dit is geen onschuld meer. Op het gelijkvloers speelt “Condition”, een video van Jana Sterbak, gerealiseerd door Ana Torfs met medewerking van Jürgen Persyn en Trudo Engels. Een schoksgewijze, versneld afgespeelde opname toont in een omcirkelende beweging een man die in versnelde pas zwoegend rondjes draait. Hij sleurt een peulvormig staaldraadobject op wieltjes achter zich aan, de abstrahering van een tantaluskwelling. Mooi werk van Mona Hatoum en Jana Sterbak tot 28 mei in het Begijnhof Sint-Elizabeth te Kortrijk (056/20.38.44).