Jeff Koons in Versailles
Jeff Koons beweert kunst te maken voor een groot publiek. Om dit te realiseren is hij in het kasteel van Versailles, met zijn drie miljoen bezoekers per jaar, zeker op zijn plaats. Geen enkel museum ter wereld trekt zoveel bezoekers, maar in geen enkel museum wordt er zo achteloos aan de kunst voorbijgelopen. Wie de tentoonstelling Jeff Koons wil bezoeken, schuifelt mee met honderden Chinezen die vooral in de weer zijn met hun camera. Evenals Jeff Koons zijn ze even de (zonne)koning te rijk.
Als grootmeester van de schone schijn maakt de Amerikaanse kunstenaar Jeff Koons volmaakte simulacres. Hij recupereert bestaande objecten die hij verheerlijkt door ze te vergroten, in dure en duurzame materialen uit te voeren en op sokkels of in vitrinekasten in musea te plaatsen. Het mooiste voorbeeld van zijn glorificatie van banale consumptiegoederen is nog altijd zijn Rabbit uit 1986. Deze perfecte imitatie van een plastieken opblaaskonijn in roestvrij staal staat dan ook aan het begin van het parcours dat door de kunstenaar werd uitgetekend in de Grands-Appartements van dit voormalig koninklijk paleis.
Zijn Balloon Flower (Yellow), een uitvergrote en in roestvrij staal gerealiseerde imitatie van een ballonbloem, oogt op de Cour Royale beduidend klein. Geslaagd is wel de opstelling van zijn elf meter hoge Split-Rocker, half dinosaurus, half pony, op het terras van de Orangerie, achteloos tussen de sinaasappelbomen en de cipressen. Bezet met 90.000 bloemen schrijft deze sculptuur zich naadloos in in de prachtige herfstkleuren van het immense park. De kunstenaar is op zijn best wanneer zijn werk, zoals hier, opnieuw verdwijnt in de werkelijkheid waaruit het is ontstaan.
Het interessante aspect van het oeuvre van Jeff Koons is zijn polemisch karakter. Maar de spanning die het werk creëert tussen tegenstrijdige concepten als schoonheid en kitsch, liefde en pornografie, ontvoogding van de massa en uitbuiting van de klassenverschillen, kunst en reclame, romantiek en handelswaar, verlangen en consumptie… is in Versailles totaal afwezig. In het immense decor wordt zijn werk genivelleerd. Het heeft niet alleen zijn kritische dimensie verloren, maar ook zijn als cynisme vermomde zelfgenoegzaamheid.
Twee mogelijke redenen zijn hiervoor aan te voeren. De eerste is dat de keuze van de werken waarschijnlijk bepaald werd door de toegankelijkheid voor een zo ruim mogelijk publiek. Hier dus geen pornografisch werk uit de Cicciolinaperiode, maar blinkende hartjes en buitenmaats kinderspeelgoed. Ook geen Exploit the masses, waarin Koons zich ontpopte als een professionele volksmenner, maar door de consumptiemaatschappij gecreëerde iconen als Michael Jackson en Bubbles. Zelfs geen Equilibriums of vroege watertanks met basketballen, waarmee hij de kunstwereld dankzij hun conceptueel en minimalistisch discours als debutant had weten te verleiden, maar engeltjes en roze varkentjes.
De tweede reden heeft te maken met de architectuur van het gebouw. De appartementen van Versailles bestaan uit een opeenvolging van kamertjes – eigenlijk zijn het twee lange gangen aan weerszijden van de grote Galerie des Glaces, die men niet betreedt, maar waar men langs loopt. Door de frontale opstelling van deze sculpturen in een soort poppenkast, die men in de meeste gevallen zelfs niet kan betreden, verliezen ze hun objectkarakter en worden ze letterlijk herleid tot een ‘plat’ beeld. Dit maakt de tentoonstelling minder confronterend.
Zijn verchroomde Louis XIV staat in het Salon de Mercure, de ceremoniële slaapkamer van de koning. Het origineel staat even verder in de privévertrekken, op de schouw van de slaapkamer van Lodewijk XIV. In de slaapkamer van de koningin plaatste hij naast haar bed een in gepolychromeerd hout gesculpteerde Large Vase of Flowers. Subtiel en grappig. Ook zijn Jim Beam, een trein in roestvrij staal met whiskyflessen op de tafel van het Salon des Nobles, een ruimte voor recepties, maakt een mooie indruk. Zijn op zichzelf al protserig Self-Portrait in witte marmer, staat op een hoge pseudo-Lodewijk-XV-sokkel in het Salon d’Apollon, god van de zon, god van de kunsten en god van de vrede, waarmee Lodewijk XIV, en dus ook Jeff Koons, zich vereenzelvigde.
Jeff Koons in Versailles is dan ook – noblesse oblige – een verhaal van intriges, politieke macht, geld, belangenvermenging, opportunisme en nepotisme. Directeur van het prestigieuze domein van Versailles is niemand minder dan Jean-Jacques Aillagon, in een vroeger leven directeur van het Centre Pompidou, minister van cultuur en raadgever van de verzamelaar François Pinault, en directeur van diens Palazzo Grassi in Venetië. Toen hij in 2000 verantwoordelijk was voor de tentoonstelling La Beauté in Avignon bestelde hij bij Koons zijn Split-Rocker die later door Pinault gekocht werd en die nu, samen met vijf andere werken uit de verzameling Pinault, in Versailles te zien is. Toen Aillagon minister was kreeg Koons van hem de Légion d’honneur.
Op dezelfde verdieping als Jeff Koons loopt gelijktijdig een tentoonstelling over Jacques-Louis David en zijnSerment du Jeu de Paume. Deze politieke bijeenkomst, gehouden in Versailles op 20 juni 1789 is zowat de stichtingsakte van de Franse democratie. Het werk van deze geëngageerde kunstenaar, die zijn politieke overtuigingen moest bekopen met een levenslange ballingschap – David stierf in Brussel in 1825 – vormt een mooi tegengif voor het gratuite entertainment met een mercantiel randje dat hier op een belerende manier geserveerd wordt.
• Jeff Koons tot 14 december in het Château de Versailles (01/30.83.78.00; www.chateauversailles.fr enwww.jeffkoonsversailles.com).