Yoel Pytowski. The Porous Lodge
Yoel Pytowski. The Porous Lodge, Kunsthal Extra City, Antwerpen, 2024, foto We Document ArtDeze tentoonstelling is tegelijkertijd een architecturale interventie, een site-specific installatie en een solo. Yoel Pytowski (1986) is erin geslaagd de Dominicanenkapel van Extra City in Antwerpen onherkenbaar te transformeren. Met een opbouwtijd van vijf weken, de hulp van vijftien vrijwilligers en een ongelofelijke hoeveelheid gerecupereerd bouwmateriaal is de installatie ingrijpend en omvangrijk. Toch zijn er geen permanente ingrepen uitgevoerd: na afloop zal geen spoor achterblijven. Voor wie de ruimte kent, is binnenkomen in de kapel meteen desoriënterend. De buitenmuur heeft een extra wand van melkachtig transparant plastic gekregen – een soort membraan. Binnen werd de ruimte in vieren verdeeld met diagonale muren uit hetzelfde materiaal. De hoge kapel werd met een extra verdieping doormidden gesplitst. Een massieve trap leidt via opeengestapelde platen in geperst hout naar een soort zandbak, gevuld met betonstof, in het midden van de verdieping. Het geheel doet denken aan een zwembad of omgeploegde aarde. Bij benadering wordt geleidelijk aan duidelijk hoe de kenmerkende ronde glas-in-loodramen van de kapel ook met een plastic membraan bekleed werden, waardoor het licht zwakjes de ruimte binnenvalt.
Pytowski hergebruikt ongeveer tachtig tot negentig procent van zijn oudere installaties, zoals de opeengestapelde platen geperst hout en de plastic wanden. Aldus vormen ze een eigen archief. Naar eigen zeggen ontleent hij zijn esthetiek aan zijn persoonlijke levensloop: toen hij opgroeide in Israël, Argentinië, Frankrijk en België, heeft hij namelijk nooit in een gebouw gewoond dat helemaal af was. Ook zijn installaties verkeren in een constante staat van constructie. De interventies zijn tijdelijk en bevatten vaak illusies, nabootsingen en herhalingen die een gevoel van vervreemding oproepen. In The Porous Lodge gebruikt Pytowski deze strategieën om de architectuur te volgen, maar ook tegen te werken. Zo werd de directe zichtlijn naar de gotische spitsbogen in het plafond onderbroken door de nieuwe verdieping, maar werd elders wel een boog nagemaakt uit eigen materiaal. De semitransparante muren verhinderen de doorgang, maar laten wel licht doorschemeren. Op die manier speelt Pytowski’s installatie voortdurend een spel van herhalen en onderbreken, onthullen en verhullen. Het verpakken van de ruimte, inclusief de buitenmuren, doet aan quarantaine of veiligheidsprotocollen denken. De gebruikte materialen beklemtonen dit gevoel, alsof de religieuze functie van de kapel een (schadelijke) straling veroorzaakt, die onschadelijk (en seculier) moet worden gemaakt door isolatie en toe-eigening. Met het toevoegen van elementen stript Pytowski de lagen van de oorspronkelijke invulling; de ambigue ruimte die in de plaats komt, ligt open voor verschillende betekenissen.
Hoewel The Porous Lodge wordt gepresenteerd als solotentoonstelling, is het opvallend dat Pytowski en curator Zuzanna Rachowska vier andere kunstenaars en een choreograaf hebben uitgenodigd om elk een werk toe te voegen aan de installatie, op verschillende momenten, tot en met de finissage. Waar de Dominicanenkapel voor Pytowski een site was om in te werken, wordt zijn installatie een site voor de andere kunstenaars. Deze gasten werken met andere woorden dubbel in situ: ze interpreteren de architecturale ingrepen van Pytowski en brengen bepaalde elementen naar voren. De samenwerking start op 12 oktober met Amel Omar (1995), wiens video-installatie al dan niet aanwezige motieven zoals ambiguïteit, dreiging, voyeurisme en racisme in de bestaande installatie oproept. Ook in wat de vier andere invités doen of zullen doen – Rosario Aninat, Nina Canell, Manon van den Eeden en Sandy Williams – prevaleren unheimische elementen, die nu en dan zelfs naar horror neigen. Of die atmosfeer in Pytowski’s werk ‘gelezen’ wordt, of dat de kunstenaars net daarom zijn uitgenodigd, blijft in het midden. Wel is duidelijk dat de interventies gedurende de looptijd van de tentoonstelling accumuleren, waardoor de expo in een constante staat van opbouw blijft. Nieuwe betekenissen en klemtonen worden naar boven gehaald en destabiliseren de tentoonstelling. Wellicht verwijst de porositeit uit de titel van de tentoonstelling naar deze dynamische programmering. Die doorlaatbaarheid zou wellicht nog onmiskenbaarder worden indien de interactie wederkerig werd gemaakt, door Pytowski de kans te bieden om op zijn beurt op de interventies van de anderen te reageren. Omdat een actieve transformatie, zoals wat Pytowski aan het begin met de kapel deed, niet meer mogelijk is, wordt de installatie toch weer een passieve site. The Porous Lodge wordt een veilig afgesloten, met plastic ingepakt systeem, dat zich niet houdt aan de codes van de architectuur of de katholieke kerk, maar wel aan die van de groepstentoonstelling.
Pytowski gaat uit van het idee dat architectuur een eigen taal en codes heeft en dat je haar kan ‘lezen’ met behulp van lichamelijke ervaringen. Hij weert dan ook menselijke woorden of stemmen in de installatie, om zijn spel met die architecturale codes niet te verstoren en om het goed waarneembaar te maken. The Porous Lodge is echter geen presentatie in een architecturale context, maar in een presentatieplek voor beeldende kunst; de bezoeker bevindt zich op een ‘gewone’ of alledaagse plek, maar in een expositieruimte gewijd aan een solotentoonstelling. Hiermee isoleert het project zich ten dele van andere architecturale codes, waardoor het resultaat eerder aanvoelt als een decor, als een kunstmatige vervreemding van iets dat zich voordoet als architectuur. The Porous Lodge ‘speelt’ de rol van tentoonstellingsplek, wat nog wordt benadrukt door het uitnodigen van de andere kunstenaars, hoewel net dat bijkomende programma naar de achtergrond dreigt te verdwijnen. Desondanks levert het jongleren met voor- en achtergrond, met kunstwerk en tentoonstellingsruimte, een interessante spanning op, waarvan de draagkracht pas aan het eind, na alle interventies, helemaal duidelijk zal worden.
• Yoel Pytowski. The Porous Lodge, tot 1 december, Kunsthal Extra City, Provinciestraat 112, Antwerpen.