Albert Serra. Liberté
De installatie van de Catalaanse filmmaker Albert Serra (1975) in Eye opent zich langzaam. Je ogen hebben tijd nodig om te wennen aan de duisternis. Dat is niet ongewoon voor een filmmuseum, en toch zit er iets provocerends in dat gebaar. Het gooit je terug op jezelf. Het verplicht de bezoeker andere zintuigen in te zetten en zich te oriënteren door te luisteren naar de geluiden: gehijg, gehuil, gekreun, gezucht, geritsel, geschuif. De geur zou die van een bos kunnen zijn. De bezoeker zoekt naar houvast op de grond die lichtjes wegzakt onder de voeten. Obstakels onder en voor de voeten sporen aan tot voorzichtigheid. Gaandeweg passen de ogen zich aan. Ze zien het afval op de grond: stenen, plastic, blik, een afgedankte lavabo. In het licht dat reflecteert van de vier grote schermen verschijnen draagkoetsen uit een andere tijd – dezelfde als op de schermen. Verschillende werelden lopen door elkaar. Er is de omgeving van de bezoeker in het museum en die op het scherm. Er zijn de personages op het scherm en die in de ruimte. Op het eerste gezicht zijn ze hetzelfde: figuren in een landschap die zich een weg banen in het duister en zoeken naar betekenis, sensatie, regie. De personages op het scherm dragen achttiende-eeuwse kledij die gaandeweg schaarser wordt. Geleidelijk aan wordt getoond wat die kostuums verbergen. Hier speelt een spel van tonen en verbergen, van kijken en bekeken worden, en het loopt ook door van het scherm naar de ruimte. De aandacht wordt niet enkel getrokken door de mensen in de beelden, maar ook door de bezoekers in de ruimte – hoe zij zich bewegen. Er ontstaat een relatie: van kijkers tussen kijkers, zoekers tussen zoekers, nieuwsgierigen tussen nieuwsgierigen. Gluurders tussen gluurders. Er groeit een gevoel: van spanning en van gêne. De bezoeker wordt een participant die niet participeert, die binnen en buiten staat tegelijkertijd: in deze wereld en in die andere, in deze tijd en in die andere.
Serra provoceert. Het is zijn manier van werken, zijn techniek om zaken te bewerken. Er zit weinig psychologische diepte in de personages die dolend zoeken naar vage verlangens. Het zijn losgelaten personages, zonder houvast. Regieaanwijzingen zijn schaars. Serra filmt met lange ononderbroken opnames, met drie camera’s met zoomlenzen ver weg van het gebeuren, zodat de acteurs de aanwezigheid van het filmisch apparaat vergeten. Het echte werk in deze methodiek, die Serra met elke film verder verfijnt, gebeurt achteraf tijdens de postproductie, als de acteurs verdwenen zijn. Die postproductie gaat niet alleen over de montage: Serra schrikt er niet voor terug om de beelden van zijn camera’s te herkaderen of te combineren met andere beelden.
Zijn personages leggen hun lot in de handen van een ander, ze nemen afstand van het zelf. Het past perfect in het plotloze verhaal van Liberté, waarin wordt teruggegrepen op het libertijnse gedachtegoed uit de achttiende eeuw – het verlaten van het eigen lichaam en de eigen moraal. De seks in Liberté staat voor het vernietigen van het ego, het objectiveren van het zelf. Het clandestiene leven is de prijs die libertijnen betaalden om de wereld te veranderen. Die prijs, dat is de ontmenselijking van de personages in het duister, in de kou, in klinisch handelen.
Liberté werd in 2018, op uitnodiging van toenmalig directeur Chris Dercon, gecreëerd voor de Volksbühne in Berlijn. De theatervoorstelling werd daarna een filminstallatie op twee schermen voor Reina Sofía in Madrid, vooraleer in 2019 als film in première te gaan en bekroond te worden op het filmfestival van Cannes. De installatie op vier schermen voor Eye volgt op (en gebruikt beelden uit) die bioscoopfilm. Het grote verschil is dat de dialogen bijna volledig verdwijnen, wat de aandacht nog meer verlegt naar de sfeer en de aan hun lot overgelaten acteurs. Serra zoekt naar een andere waarheid, door acteurs én publiek in een ongemakkelijke omgeving te plaatsen. De onzekerheid van die verspreide camera’s (voor de acteurs) en schermen (voor het publiek), het gebrek aan communicatie, de afwezigheid van een script en ook het naakt zorgen daarvoor. De acteurs verliezen de controle over hun beeld en dat is, voor Serra, het moment waarop onschuld en waarheid verschijnen. Om daar te raken werkt hij met een zeer verscheiden cast van professionele acteurs (zoals Helmut Berger, die lang geleden bekend werd in de films van Luchino Visconti, hier in de laatste rol voor zijn dood), vrienden, mensen geronseld via Facebook, theateracteurs die nooit eerder voor film werkten, tot zelfs leden van de technische ploeg in de meest extreme scènes. De zeer korte draaiperiode van drie weken zorgde ervoor dat acteurs geen tijd hadden om onderlinge relaties op te bouwen.
Zo creëert Serra een geforceerd Utopia waarin seksueel verlangen als democratische kracht en sociale rollen oplossen in plezier. De film, en meer nog deze tentoonstelling, is een ode aan de nacht, onproductief en nutteloos. Liberté toont de duisternis van het verleden, van een mogelijke toekomst, van een heden uit de tijd, uit de plaats. De film verlegt de libertijnse utopie naar de hedendaagse cruising ground.
Tijdens een gesprek met Erika Balsom, enkele dagen na de opening van de tentoonstelling, noemde Serra zijn werk unfuckable: het laat zich moeilijk vatten, het glipt tussen je vingers. Net als Véréna Paravel (1971) en Lucien Castaing-Taylor (1966), de antropologen die in Eye enkele maanden geleden nog hun filminstallaties exposeerden onder de titel Cosmic Realism, weet deze filmmaker niet wat hij doet. Ook Serra ging nooit naar de filmschool. En net als hen maakt ook hij volop gebruik van de digitale technologie die hem de vrijheid geeft volop te experimenteren. Serra laat de dingen gebeuren, laat zijn personages gewoon aanwezig zijn, vergeet het verhaal en concentreert zich op de situatie. Daarmee treedt hij in de voetsporen van die andere filmkunstenaar die nooit naar de filmschool ging, volop gebruikmaakte van de analoge en elektronische media van zijn tijd, en voor wie het kijken naar en werken met vrienden als superstars de belangrijkste reden was voor zijn werk: Andy Warhol.
• Albert Serra. Liberté, tot 29 september, Eye Filmmuseum, IJpromenade 1, Amsterdam.