Anne-Mie Van Kerckhoven
Twee dingen mogen niet verward worden: het idee en de uitvoering ervan. Zover ik weet kunnen geen twee mensen hetzelfde idee op hetzelfde moment krijgen. Evenwel: soms gebeurt het dat, op verschillende plaatsen in de wereld, zoals op kwantumniveau, gelijktijdigheid van ingeving zich voordoet.
Ideeën ontstaan altijd onder invloed van wat er al is, maar het moment van het doen, die beslissing, dat is waar in eerste instantie het individu zich manifesteert. Wanneer er iets nieuws in de wereld is gekomen, zal dat onder invloed van anderen evolueren.
Het baanbrekende artefact komt tot leven op een moment van samensmelting: in een handeling ontstaat iets toekomstgerichts, in dialoog met een regressief besef van ‘oerzijn’. Werken in afzondering is hiervoor een heel goede methode, hoewel dit proces zich evengoed kan afspelen bij mensen die zich bevinden in een eenheid van plaats en tijd. In ieder geval is het zo dat, in een volgend stadium, de collectiviteit breekt wanneer het bepalen van een eindpunt cruciaal wordt: stop, dit is het, niets meer aan te doen. Onvermijdelijk en onherroepelijk. Het ding wordt aan een derde blik onderworpen, de intieme eenheid tussen mens en ding is verbroken.
In de jaren tachtig en negentig vormden Danny Devos en ik een noise band: Club Moral. Het kader was ons dagelijkse leven; een tekst of een onderwerp, meer werd er vooraf niet vastgelegd. De rest gebeurde op de plaats waar we optraden – een principe zoals bij Fluxus. Voorbereide basisritmes en klankexperimenten kwamen ad hoc samen. Op dit niveau werd concreet en intuïtief gewerkt aan muziek, en geen van ons beiden kon daar een claim op leggen. Er was sprake van symbiose, een samenspel van uiteenlopende idiomen die opgingen in een structuur die op voorhand werd afgesproken en tegelijkertijd ook niet. Er was geen derde die kon beslissen over wat wij maakten en wanneer. Onze autonomie was compleet tot op dat punt. De consensus over de waarde van wat werd gecreëerd, ontstond samen met een publiek.
Anders is het wanneer iets gedrukt moet worden en je niet uit de bescherming van een concept kan breken. Een zeer recent voorbeeld is de publicatie Veerkracht thuis! die ik in december 2021 met Maxim Preaux afwerkte. Eind 2019 had ik een manuscript klaar dat ik wilde uitgeven, een vademecum in 96 punten. Ik wou het aan jonge kunstenaars uitdelen, maar het zag er zo droog en onaantrekkelijk uit. Na twee jaar zwoegen – teksten bij elkaar brengen, uitschrijven en verbeteren – zat ik met een manuscript waar ik geen uitgever voor vond. Ik heb er dan maar kleine bundeltjes van gemaakt, at random opgefrist met prints. Een van die bundeltjes kwam terecht bij Maxim, en hij vroeg me of hij een keuze van werken en tekeningen uit mijn database kon maken, om die selectie als publicatie vorm te geven. Ik gaf hem carte blanche. Het resultaat was perfect geschikt om uit te delen aan studenten en medewerkers van de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen, waar Maximum afstudeert. De directie heeft het project triomfantelijk via de eigen kanalen naar de professionele wereld geëxporteerd.
Terzijde: in de binnenwereld van de scheppende mens is er de autonomie en de ontwikkeling van een idee. De connectie met de wereld, en al wat daarbij komt kijken, kan collectief tot stand komen. Als je het belang van die binnenwereld in te hoge mate nuanceert, rest er alleen nog een algemeenheid aan esthetische aspecten, en is er geen sprake meer van kunst zoals wij die tot nu toe definieerden. Dan wordt alles commentaar.
Anne-Mie Van Kerckhoven (1951) is kunstenaar. Van eind januari tot eind februari was in Zeno X de tentoonstelling Placenta Saturnine Bercail te zien, waarin werd teruggeblikt op veertig jaar samenwerking tussen kunstenaar en galerij. Eind januari liep in de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Antwerpen de tentoonstelling AMVK in druk. Boeken, zines, efemera, teksten & ontwerpen van Anne-Mie Van Kerckhoven. Op 29 maart ontvangt zij een eredoctoraat van de Universiteit Antwerpen.