Aperture 145
Aperture heeft als fotografietijdschrift een merkwaardige reputatie. Voor een tijdschrift bestaat het al astronomisch lang – van 1952 tot 1971 was bijvoorbeeld Minor White nog de editor – en het gaat sinds mensenheugnis thematisch te werk. Dat de keuzes van sommige onderwerpen niet altijd even doordacht bleken, werd met regelmaat goedgemaakt door de open en niet zelden vooruitziende of minstens accuraat synthetiserende blik die dan weer uit andere themanummers af te lezen viel. Zo ook het recente nummer 145. Het brengt onder de noemer Surface and Illusion tien portfolio’s met fotografisch werk van kunstenaars die we meestal niet in een adem met fotografie verbonden zien. Zo biedt Anne Baldassari, curator van het Picasso Museum, al een voorschouw op haar komende voorjaarstentoonstelling in Parijs die het nauwelijks bekende fotowerk van Picasso wil blootleggen. Ook de al eerder in het Musée d’Orsay samengebrachte schitterend directe fotootjes van Edvard Munch krijgen hier een nieuwe tekst mee van Charles Hagen. David Frankel vergelijkt de analytische en tegelijk hun sculpturen verhullende atelierfoto’s van Constantin Brancusi en Kiki Smith. Sigmar Polke is vertegenwoordigd met een fragment uit het recente boek When Pictures vanish dat zijn grenzeloze foto-experimenten tracht te vatten, terwijl Gerhard Richter het met een selectie van foto’s en eigen notities over fotografie moet stellen. Gevolgd door – waarom toch? – twee minder illustere Amerikaanse kunstenaars: de abstract-expressionistische schilder Richard Pousette-Dart en de beeldhouwster Petah Coyne, waarvan vooral het fotowerk van de laatste al een afdoende verklaring biedt voor hun relatieve onbekendheid. Ook de slappe foto’s en tekstjes van cineast Wim Wenders vormen niet meteen een hoogtepunt. Relevanter, veel relevanter zijn de bijdragen over de fotoboeken van filmer Chris Marker, die net als zijn films documentaire, dagboek, essay en fictie door elkaar halen en over Louise Lawler, die vrijwel steeds met fotografie aan de gang is maar dan op een behoorlijk onverwachte manier en in eerste instantie om de rol van kunst als koopwaar en als spektakel te belichten. Meteen wordt hier een ingekorte voorpublicatie meegegeven van de tekst die Rosalind Krauss schreef voor de Lawler-tentoonstelling A Spot on the Wall, binnenkort te zien in het Kunstverein, München, in de Neue Galerie, Graz en in De Appel, Amsterdam. Aperture verschijnt vier keer per jaar en een abonnement kost 40 $, losse nummers kosten bij ons in de betere boekhandel ongeveer 700 Bfr. Het adres is 20 East 23rd Street, New York, NY 10010.