width and height should be displayed here dynamically

Douglas Gordon

Douglas Gordon is een van de weinige succesvolle Britse kunstenaars die niet via het Saatchi-imperium passeerde. Zijn werk valt ook buiten de hype van sensationele tentoonstellingen die met realistische, schokkende beelden de goegemeente trachten te provoceren. In tegenstelling tot zijn generatiegenoten die vooral op zoek zijn naar objecten met een direct effect, is Gordon geïnteresseerd in de flinterdunne grens tussen de werkelijkheid en haar spiegelbeeld, realiteit en fictie. Dat hij hiervoor hoofdzakelijk gebruik maakt van film (of videoprojectie) is begrijpelijk. De geschiedenis van de grote droomfabriek is zijn belangrijkste werkmateriaal. Ondanks het sterk visuele aspect van zijn installaties, is zijn uitgangspunt eerder een conceptuele reflectie over beeld en tekst, herinnering en beleefde werkelijkheid.

Onder de titel Sheep and goats realiseerde hij in het Musée d’art moderne de la Ville de Paris een retrospectieve tentoonstelling met een twintigtal werken; van het fameuze 24 Hour Psycho uit 1993 tot een recent werk gebaseerd op een film noir van Rudolph Maté uit 1950. Beide werken zijn goede voorbeelden van de manier waarop Gordon het tijdsverloop van cinematografische meesterwerken manipuleert. Door de beelden te vertragen, naast elkaar te plaatsen, stil te zetten of ze een ruimtelijk karakter te geven, levert hij een persoonlijke lezing van een cultuurproduct dat een zo ruim mogelijk publiek tracht aan te spreken. Als kind van de televisie- en de videocultuur is zijn visie op het verhalende karakter van de klassieke Hollywoodfilm door het versnellen en vertragen van het beeld, grondig gewijzigd. Maar dat vertragen en stilzetten van het beeld heeft volgens hem ook te maken met een verlangen naar het verborgene, een intimiteit die aan het narratieve ontsnapt. Een voyeurisme dat hij eerder seksueel dan academisch noemt.

In 24 Hour Psycho projecteert Gordon Alfred Hitchcocks Psycho uit 1960 in een vertraagde versie, waardoor de twee uur durende film twaalf keer langer wordt. Doordat de beelden tergend langzaam voortkruipen, wordt de narratieve context compleet verstoord. In Déjà vu toont hij Dead On Arrival van Rudolph Maté op drie afzonderlijke projectieschermen. Dead On Arrival vertelt het verhaal van Frank Bigelow die door een radioactief product vergiftigd werd. De laatste uren van zijn leven gaat hij op zoek naar zijn moordenaar. Terwijl hij zich de gebeurtenissen van de laatste vierentwintig uur tracht te herinneren, komt de toeschouwer door middel van flash backs meer over zijn leven te weten. In Gordons versie wordt op het eerste scherm de film getoond met een snelheid van vijfentwintig beelden per seconde, op het derde scherm met drieëntwintig beelden per seconde, terwij een centraal scherm de film op de juiste snelheid van vierentwintig beelden per seconde toont. Na dertig minuten vertelt het derde scherm hetzelfde verhaal als het eerste, maar met vijf minuten vertraging. Hierdoor wordt niet alleen de continuïteit aangetast, maar ook het déjà-vu-effect benadrukt. Het narratieve verloop is het resultaat van de relatie van een beeld met een daaropvolgend beeld. Door de simultane projectie van dezelfde film met een verschillende snelheid wordt elk moment nog even vastgehouden. Net zoals Frank Bigelow zich, met het einde in zicht, krampachtig aan elk moment van zijn leven tracht vast te houden, krijgt ook hier elk beeld een uitzonderlijke intensiteit.

De tentoonstelling werd opgebouwd als een grote installatie met gangen en spiegels. Door gebruik te maken van twee ingangen creëert Gordon een dubbel parcours waarin elk werk zijn pendant of spiegelbeeld krijgt. ‘Schapen en geiten’ staan dan voor goed en kwaad, wat aansluit bij de dubbele persoonlijkheid van zijn filmhelden, gekozen uit films als Vertigo, Taxi Driver en The Exorcist en uit medische dossiers van psychiatrische patiënten van rond de eeuwwisseling. Naast voornoemde twee sleutelwerken toont de tentoonstelling ook fotografisch werk en de fameuze List of Names, een work in progress dat in 1990 werd opgestart. Op de muren van het museum staan de namen aangebracht van de mensen die Douglas Gordon ooit ontmoette en die hij uit zijn geheugen heeft opgeschreven. De eerste versie telde 1.440 namen en zes jaar later waren er reeds 2.756.

 

• Sheep and goats van Douglas Gordon, nog tot 30 april in het Musée d’art moderne de la Ville de Paris, Avenue du Président Wilson 11, 75116 Paris (01.53.67.40.00). Gelijktijdig met Sheep and goats loopt in de vaste collectie van het Centre Pompidou zijn Feature Film, een werk dat alweer gebaseerd is op een Hitchcock klassieker. Gedurende vijfendertig minuten toont het werk enkel de handen en delen van het gelaat van James Colon, terwijl hij het orkest van de Parijse opera dirigeert. De muziek is deze van Vertigo.