width and height should be displayed here dynamically

Een terugkeer naar onszelf?

‘Surrealisme is een kunst- en literaire stroming die ontstond in de jaren twintig in Europa, met als doel het bevrijden van de menselijke geest van de beperkingen van de logica en de dagelijkse realiteit. De stroming probeert de grenzen tussen droom en werkelijkheid te vervagen en geeft ruimte aan het onderbewuste, irrationele en fantasierijke. […] Bekende kunstenaars die tot het surrealisme worden gerekend zijn Salvador Dalí, René Magritte en Max Ernst. Ze gebruikten technieken zoals vervorming, juxtapositie en symboliek om hun ideeën uit te drukken.’

Deze definitie, opgesteld door ChatGPT op 22 augustus 2024, verschilt nauwelijks van wat in een gemiddeld museum of studieboek onder surrealisme wordt verstaan. Heel wat tentoonstellingen bieden precies deze (gesaneerde) versie van het surrealisme aan: mooi uitgelichte doeken van Ernst, Magritte en Dalí, met tekstbordjes over dromen en het onderbewuste. Voor extra verdieping wordt wellicht ook een Bellmer getoond met een opmerking over seks, naast werk van Carrington, Miller of Toyen en een opmerking over seksisme. Om het af te ronden wordt een zin over de Eerste Wereldoorlog toegevoegd met de term ‘trauma’. Voilà, een tentoonstellingsconcept! Het surrealisme werd in het jubileumjaar 2024 geregeld op een dergelijke manier door tentoonstellingsmakers uitgehold, met IMAGINE! 100 Years of International Surrealism in de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van Brussel als een van de opvallendste voorbeelden.

Het surrealisme omvat vele ideeën en praktijken, maar een kernpunt is het bevragen van de dagelijkse realiteit als gegeven en als ‘normaal’. In een tijd waarin software, algoritmen en artificiële ‘intelligentie’ grote delen van onze werkelijkheid vormgeven, is dat bijzonder relevant. Zielloze machines produceren content, niet of nauwelijks te onderscheiden van wat gegenereerd wordt door onze vaak doelloze medemens. De alwetendheid van AI is natuurlijk schijn, maar desondanks niet minder intimiderend en met verstrekkende gevolgen, zoals slachtoffers van algoritmische discriminatie maar al te goed weten. Surrealistische creatieve technieken – schrijven, tekenen, schilderen zonder bewuste sturing – krijgen in het licht van niet-bewuste codesetjes die als personen overkomen bijna sinistere relevantie. Waar algoritmen proberen onze gedachten te voorspellen en te sturen, omarmt de surrealist juist het onvoorspelbare en ogenschijnlijk irrationele. Minstens net zo relevant zijn de surrealistische groepsspellen, gericht op het maximaliseren van een bepaalde vorm van toeval, hasard objectif. Ook zo ontsnap je aan de algoritmische determinatie waarmee Silicon en andere Valleys graag de werkelijkheid en de menselijke participatie indelen. Laten we cadavres exquis schrijven of tekenen en onverwachte verbindingen scheppen in plaats van ons te laten leiden door gepersonaliseerde, voorgekookte aanbevelingen.

Wat is surrealisme? Een internationale revolutionaire beweging gericht op de emancipatie van de geest, met kritische waakzaamheid als modus en vrijheid als doel. De mogelijkheden worden vooral duidelijk binnen een internationale, niet-Franse context. Surrealistische beeldtaal, vol dubbelheden, absurdisme en humor – ogenschijnlijke nonsens, in de ogen van het censurerende regime – bood Indonesische kunstenaars in de jaren tachtig van de vorige eeuw ruimte tot expressie van vervreemding en tot het (beperkt) bevragen van de sociaal-politieke opgelegde werkelijkheid onder de ‘nieuwe orde’ (Orde Baru) van Soeharto.[1] Surrealistisch denken in de vorm van poëzie bood Suzanne Césaire, haar man Aimé en vele anderen in Martinique in de jaren veertig ruimte om hun geest te dekoloniseren lang voordat een geïnstitutionaliseerd proces van dekolonisatie aanving. Dit schreef Suzanne Césaire in 1943:

‘Dat is surrealistische activiteit, een totale activiteit, de enige die de mensheid kan bevrijden door haar het onbewuste te onthullen, een van de activiteiten die zal helpen bij het bevrijden van mensen door de blinde mythes te verlichten die hen tot op dit punt hebben geleid.'[2]

Een van die actuele blinde mythes is dat meer controle vrijheid zou garanderen. Shoshana Zuboff spreekt van surveillance capitalism, dat de menselijke ervaring tot data en algoritmen reduceert en het winstoogmerk laat overheersen.[3] Techgiganten spinnen garen bij de alomtegenwoordige aanwezigheid van digitale ‘hulpmiddelen’ en platforms en maken nagenoeg elk aspect van ons geobserveerde leven tot een geldkwestie. Ook hier biedt Césaire raad: ‘En nu: een terugkeer naar onszelf.’[4] In een wereld waarin identiteiten worden gereduceerd tot datapunten is de herontdekking van het zelf nagenoeg een revolutionaire daad.

Is het surrealisme voorbij? Als je een deel van de musea en academici moet geloven wel. De historiciteit van de beweging biedt veiligheid (radicaliteit afgebakend in de tijd) en ook marktwaarde. Sinds enkele jaren worden recordprijzen betaald voor (twintigste-eeuwse) surrealistische kunst, verhandeld via veilinghuizen zoals Christie’s en Sotheby’s. Het houdt bovendien impliciet een eurocentrische (vooral rond Parijs gecentreerde) en chrononormatieve opvatting van de avant-garde en het surrealisme in stand. Als alles van belang en relevantie gebeurde in Parijs in de jaren twintig en dertig, maakt dat kunstenaars elders in ruimte en tijd sowieso tot navolgers.[5] Tentoonstellingen zoals Surrealism Beyond Borders, in 2020 en 2021 te zien in The Metropolitan Museum of Art in New York en in Tate Britain in Londen, hebben ruimschoots aangetoond dat de vork anders in de steel zit, en dat de bijziende focus op het Franse interbellum nauwelijks recht heeft gedaan (en doet) aan de beweging, haar levenshouding en haar mensen. Nu we een eeuw verder zijn, wordt het bereik van het surrealistische gedachtegoed en de omvang – geografisch en temporeel – meer dan duidelijk. Het surrealisme is een tijdsgewricht, een era, zoals de romantiek: een zijnsmodus, een mentaliteit, in onze moderne en metamoderne wereld.[6] Surrealisten schilderen, schrijven en publiceren ondertussen gewoon door, bijvoorbeeld in tijdschriften en zines die hedendaagse kunst, poëzie en polemiek publiceren, zoals het Franse Infosurr, het Canadese anarcho-surrealistische The Oystercatcher of Prehensile Tail van de Leeds Surrealist Group. Galerie ARTTRA in Amsterdam stelde vorige zomer werk van enkele actieve Nederlandse surrealisten tentoon, op de expositie Brumes Blondes.[7]

De relevantie van het surrealisme vandaag schuilt niet (alleen) in het feit dat er surrealisten actief zijn. Het is ook, misschien zelfs bij uitstek, het surrealistische gedachtegoed dat toepasbaar is op de wereld van vandaag, en dat zowel soelaas biedt als een middel tot kritisch bevragen, en zelfs tot intellectuele bewapening. Een voorbeeld is de diepe surrealistische afkeer van fascisme en autoritaire regimes, die kan inspireren in een tijd waarin rechts-populistisch denken, dat simplistische oplossingen biedt voor complexe problemen, geheel politiek salonfähig is geworden. Het Lenbachhaus München wijdt hier met Surrealismus + Antifaschismus een grote tentoonstelling aan, die nog loopt tot 2 maart. Daarnaast is er de dagelijkse confrontatie met het kapitalisme, waarvan de inherente logica alles, inclusief mensen en niet-menselijke organismen, reduceert tot product. Dit was de surrealisten al vroeg duidelijk. Uiteenlopende strategieën om de kapitalistische machine te dwarsbomen werden ontwikkeld, van werkweigering en staking tot sabotage en lijntrekken.[8] Dat laatste heet tegenwoordig quiet quitting, maar de andere activiteiten zijn nauwelijks minder relevant.

Minstens zo urgent is de vraag hoe we ons kunnen verhouden tot onze leefomgeving en tot niet-menselijke anderen. De gevolgen van eeuwen kolonialisme en ongebreidelde uitputting van mens, dier en planeet worden pijnlijk duidelijk. Momenteel bevinden we ons al diep in de sixth mass extinction, zonder twijfel van antropogene oorsprong, die op stoom ligt om een miljoen soorten planten en dieren weg te vagen. Posthumanistische, feministische denkers zoals Rosi Braidotti en Donna Haraway pleiten voor het smeden van nieuwe relaties met niet-menselijke wezens. Ook hier kan surrealistisch gedachtegoed leidend zijn, of in ieder geval een ingang bieden. Een diepe interesse in overeenkomsten of zelfs verwantschappen met dieren, organismen, zelfs stenen en mineralen, kenmerkt een breed scala aan surrealistische poëzie, kunst en gedachtegoed. Welbekend zijn de vele hybride wezens in de beeldende kunst, die wijzen op het artificiële onderscheid tussen mens en natuur door grenzen te vervagen of door er radicaal mee te breken, zodat de menselijke angst voor het natuurlijke centraal komt te staan, net als illusies over dominantie. Ook valt te denken aan de biomorfe vormen van bijvoorbeeld Toyen, Arp, Miró of Ouborg in diens surrealistische fase, of aan de ecopoëtica van sommige surrealistische schrijvers.[9] Op z’n minst neemt het surrealisme de relatie tussen de mens en de omgeving op niet-dualistische wijze onder de loep. De zekerheid over de moderne ontologische tegenstelling tussen mens en het meer-dan-menselijke valt weg.

Een veelvoorkomende misvatting is dat surrealisme zou neigen naar escapisme, naar je verliezen in bijvoorbeeld droomwerelden of onbewuste fantasieën. Het tegendeel is waar: surrealisme is een realisme omdat het zich altijd op de werkelijkheid richt. Het bevraagt hoe dingen zijn, waarom ze zo zijn, en het laat zien hoe het ook kan, hoe we het heden anders kunnen denken en ervaren – hoe het niet, of in ieder geval minder, antropocentrisch kan zijn. De ruimte voor automatisme en voor collectiviteit ondermijnt de idee dat de mens exceptioneel zou zijn.

Surrealisme is daarom verre van een historische curiositeit en kan een cruciale rol spelen in het navigeren door onze complexe, door technologie gedomineerde wereld. Het nodigt uit om de werkelijkheid te bevragen en te herscheppen. In een tijd waarin ‘alternatieve feiten’ en deepfakes elk begrip van de waarheid ondermijnen, zijn kritisch willen kijken, creatief kunnen denken en durven twijfelen essentieel. Het is zaak geen genoegen te nemen met de realiteit zoals die ons wordt voorgeschoteld. De werkelijkheid moet vermeden noch gedigitaliseerd worden, maar veranderd en getransformeerd.

 

Noten

1. Tessel M. Bauduin, ‘Surealis Yogya and other surrealist moments in Indonesia in the 20th century’, in: Kirsten Strom (red.), The Routledge Companion to Surrealism, Londen, Routledge, 2022, pp. 243-251.

2. Suzanne Césaire, ‘Surrealism and Us’ [1943], in: Daniel Maximin (red.), The Great Camouflage. Writings of Dissent (1941-1945), Middletown, Wesleyan University Press, 2012, p. 37.

3. Shoshana Zuboff, The Age of Surveillance Capitalism. The Fight for a Human Future at the New Frontier of Power, New York, PublicAffairs, 2019.

4. Op. cit. (noot 2), p. 37.

5. Feitelijk ben ook ik niet in een positie om een eerste steen te gooien; de eerste jaren van mijn academische werk was ook ik nadrukkelijk gericht op de eerste drie decennia van de beweging, ten koste van de andere zeven, en speelden witte (en met name) Franse mannen een grote rol in mijn onderzoek.

6. Mijn dank aan Abigail Susik voor dit inzicht.

7. Laurens Vancrevel en Rik Lina (red.), Brumes Blondes. Schilders en dichters. 100 jaar Surrealisme, Amsterdam, Galeria ARTTRA, 2024.

8. Abigail Susik, Surrealist Sabotage and the War on Work, Manchester, Manchester University Press, 2021.

9. Zie bijvoorbeeld de analyse van André Bretons Amour Fou (1937) in: Donna Roberts, ‘The ecological imperative’, in: M. Richardson en K. Fijalkowski (red.), Surrealism. Key Concepts, Londen, Routledge, 2016, pp. 217-227, pp. 220-221.