width and height should be displayed here dynamically

Matali Crasset. Homemade

Matali Crasset, die ooit voor Philippe Starck heeft gewerkt en sinds 1998 een eigen praktijk heeft, behoort vandaag tot de top van de Franse en internationale avant-garde. Met de tentoonstelling Homemade in Grand-Hornu Images presenteert ze een overzicht van haar jonge oeuvre sinds 1991. In en rond een reeks thematische ruimtes toont Crasset een selectie meubelstukken, verlichtingsarmaturen en andere gebruiksvoorwerpen, waarvan er verschillende door erkende firma’s in productie zijn genomen. Er is onder meer een badcel, een woonunit, een tuin en een werkplek te zien. Deze ruimtes willen niet de illusie wekken échte leefvertrekken te zijn. Ze doen zich in de eerste plaats voor als archetypes: voor de toeschouwer herkenbare, alledaagse omgevingen die Crasset met haar design wil herdenken.

Wie de titel Homemade breed interpreteert, zou er het motto van haar designattitude in kunnen lezen. Crasset cultiveert weliswaar geen doe-het-zelf-esthetiek, en zij ontwerpt ook niet alleen voor de huiselijke sfeer. Wel is haar design erop gericht van gelijk welke plek een ‘thuis’ te maken. Uiteraard refereert ze onder meer aan de woning. In een eenvoudige balkvormige constructie die een huis oproept, staat When Jim Comes to Paris (1995): een logeerbed – inclusief nachtlamp en wekker – dat tot een staande kolom kan worden omgevormd. Zo voelt men zich zelfs in de meest armzalige stulp nog chez soi. In de werkruimte Homeflat vinden we een andere compacte slaapplaats, For téo de 2 à 3 (1998), een tot taboeret oprolbaar matje waarmee mensen op de werkvloer een siësta kunnen houden. Thuis is overal, op het werk en zelfs in openlucht. In een geënsceneerd tuintje op de tentoonstelling staat een compact ‘blokhutje’ dat uitneembaar is tot enkele buitenstoelen en een tafel. De hut kan tot woonruimte in openlucht worden omgevormd – en het huiselijke van dit alles wordt nog geaccentueerd door een bijpassende luster in de vorm van een wolk.

‘Gastvrijheid’, ‘welzijn’ en ‘comfort’ zijn de sleutelbegrippen in Crassets werk. Maar het gevoel thuis te zijn, kan niet normatief worden bepaald. Zo moet ook Homemade worden begrepen: een thuis moet je zelf maken. Crasset vat haar objecten op als genereuze voorstellen waarmee iedereen zijn omgeving en ‘welzijn’ kan vormgeven. Veel objecten zijn daarom plooibaar; dingen én leefsituaties kunnen metamorfoseren. De stoel Decompression Chair (2000) is opblaasbaar tot een knusse zetel. Verschillende ontwerpen bestaan uit simpele modulaire eenheden die je kunt herstapelen – dat geldt bijvoorbeeld voor Building Permit (2000), een sofabouwspel voor kinderen. Met dergelijk ‘interactief’ meubilair nodigt Crasset de bewoner uit om als gebruiker én vormgever van zijn eigen, veranderlijke leefwereld op te treden. Maar alsof ze vreesde dat de objecten dit nog niet duidelijk genoeg overbrengen, heeft ze ook enkele thematische ruimtes in de tentoonstelling flexibel en vervormbaar willen maken. De wanden van de woonunit kunnen bijvoorbeeld op elke hoek naar buiten draaien, waarbij telkens een winterse functie voor een zomerse wordt ingeruild: de haardkachel wordt ’s zomers een barbecuestel, het bad een douche in openlucht. Vooral in de presentatie van Crassets ‘werkplek’ is deze flexibiliteit louter demonstratief: de hele plek gaat schuil onder een concentrische en plooibare triplexstructuur die doet denken aan een bloemknop, en die moet suggereren dat de ruimte zich kan ‘openen’ en ‘sluiten’. Het is een simpele architecturale en vooral ostentatieve vertaling van Crassets ‘flexibiliteitsconcept’, en het voegt niets toe aan het ‘verhaal’ van de objecten.

Crasset wantrouwt vorm en stijl, of toch het modernistische vorm- en stijlbesef, dat het gebruik van de objecten vastlegt. Ze wil design vanuit de interactie met de gebruiker denken. In die zin concipieert ze design vanuit de huid: niet alleen de huid tussen binnen en buiten – bij haar inderdaad een erg elastische grens –, maar ook de huid als contactvlak tussen mens en ding. Haar multifunctionele ontwerpen vertalen dit nog op een vrij klassieke manier, maar Crasset gaat al verder wanneer ze haar design volledig vanuit de ervaring denkt. De eerste installaties van de tentoonstelling zijn heuse ‘ervaringsruimtes’. Niet voor niets staat de weldadige activiteit van het baden er centraal. De badkamer Phytolab is een transparante kubus waarvan de beglazing volgens een rastervormig patroon met kruidenpotten is geperforeerd. De ruimte baadt in blauwe en groene ‘onderwaterkleuren’, en suggereert door haar transparantie al het vluchtige en immateriële van allerlei zinnelijk-spirituele sensaties. In het ‘lichtbad’ Energizer vallen ruimte, lichaam en ervaring zelfs volledig samen: hier kunnen we in een transparant astronautenpak kruipen, en ons door gele neons laten aanstralen. De Green Sofa, een soort ‘conceptuele’ poef die enkel op een filmpje te zien is, suggereert tenslotte dat ook de biogenetische manipulatie ten dienste kan staan van ons welzijn. Kruiden, planten en licht roepen een sfeer op van new age-natuurmystiek, maar alles is wel degelijk artificieel. “Waarom zouden we, in plaats van altijd authenticiteit na te jagen, niet het ‘alsof’ van ons bestaan serieus nemen”, vraagt Crasset zich in een van de zaalteksten af. Volgens haar zit onze vrijheid niet in een verloren authenticiteit, maar in het vrije en experimentele spel met de sociale en culturele codes. Terwijl de ‘nieuwe’ badrituelen deze visie nog gevat weergeven, verliest Crasset zich op het einde van het traject echter in een al te retorische synthese. In Casaderme (2002) wil ze de flexibele ‘huid’ van die ‘interactieve ervaring’ letterlijk voorstellen: de tentachtige constructie is gemaakt van elastische stof en heeft porie-achtige openingen waarin allerlei objecten – springballen, portretten van de ontwerpster, borden, … – zijn vastgemaakt. Terwijl de badruimtes door hun afstandelijk of ijl karakter nog het onbevattelijke van Crassets verrijkte gebruikservaring suggereerden, wordt die belofte nu vastgezet in een star, fetisjistisch en hoogst aaibaar beeld.

 

• Homemade van Matali Crasset loopt nog tot 31 augustus in Grand-Hornu Images, Rue Sainte-Louise 82, 7301 Hornu (065/65.21.21; www.grand-hornu.be).