width and height should be displayed here dynamically

N. Dash. earth

N. Dash, earth, S.M.A.K., Gent, 2022, foto Dirk Pauwels

Op een aantal van de doeken die N. Dash (1980) in het S.M.A.K. toont, valt een onregelmatig patroon van barsten en bobbels te zien, alsof het oudere en aan slijtage onderhevige werken betreft. Toch maakte Dash alle werken in earth, haar eerste solotentoonstelling in een Europees museum, tijdens de voorbije twee jaar. De ‘beschadigingen’ zijn te wijten aan de laag vochtige, Amerikaanse woestijnaarde die ze op haar juten doeken aanbrengt. De aarde barst na verharding, waardoor deze kenmerkende grondlaag ontstaat.

Vaak bedrukt Dash de gecraqueleerde ondergrond met uitvergrote foto’s van stukken uitgerafeld textiel, restanten van lapjes stof die ze gewoonlijk met zich meedraagt (en tussen haar vingers wrijft tot de stof uitrafelt). In andere werken vormt het laagje aarde de ondergrond voor geometrische composities van beschilderde katoendraden. Met de draden die ze in de doeken drukt en de afdrukken die andere draden nalaten als ze ze verwijdert, vormt Dash symmetrische lijncomposities van vierkanten en rechthoeken. Daarnaast maakt ze ook gebruik van egale, ‘onbewerkte’ canvassen als basis voor zeefdrukken.

Dash combineert deze werken op egale en oneffen doeken in assemblages, waarin ze ook industrieel vervaardigde voorwerpen zoals linialen en stofdoeken integreert. De eenentwintig ongetitelde werken die Dash in het S.M.A.K. presenteert, zijn op klassieke wijze opgesteld in drie verschillende ruimtes op de begane grond. De presentatie ademt rust; ze nodigt uit om de werken van nabij te bekijken en de verschillende lagen waaruit ze zijn opgebouwd te bestuderen. De grote verticale ramen die de ruimtes van licht voorzien, bieden uitzicht op het Citadelpark. Het valt op dat de kleuren die Dash gebruikt (babyblauw, lichtroze, wit, zwart en goud) over het algemeen niet in zulke ‘groene’ omgevingen voorkomen. De stukken textiel waarmee ze haar werken bedrukt, verwijzen dan weer wel naar de organische vormen in het parklandschap.

Terwijl Dash’ complexe en nauwgezette werkwijze in de schaarse teksten over haar praktijk in detail beschreven wordt, is over de kunstenaar zelf weinig bekend. Zo is het niet duidelijk of Dash haar echte naam is en ze haar voornaam afkort, of dat ze zich van een pseudoniem bedient. In dat laatste geval zou de naam kunnen verwijzen naar het leesteken en dash, het (langere) liggende streepje, bedoeld om te verbinden én te onderbreken. De voorletter en naam geven hoe dan ook weinig prijs over haar herkomst, geslacht of geschiedenis. De begeleidende tekst bij de tentoonstelling in het S.M.A.K. bevat aan persoonlijke informatie alleen een geboortejaar, een geboorteplaats (Miami) en het feit dat ze woont en werkt in zowel New York als New Mexico.

Onder de naam @dashhsad deelt Dash via Instagram (onscherpe) foto’s van salamanders, straattaferelen en parende insecten. Op dit account zijn slechts twee foto’s over haar werk als kunstenaar te vinden: een over de publicatie N. Dash, haar eerste monografie met teksten van onder anderen Suzanne Hudson en Michael Taussig, eind vorig jaar bij Hatje Cantz verschenen, en een over een specifiek werk van haar, gepost op 22 april 2020, een dag die sinds 1970 onder de naam ‘Earth Day’ bekendstaat.

Dash lijkt de informatie die over haar gedeeld wordt te willen minimaliseren. Zo verhindert ze een biografische lezing en benadrukt ze de autonomie van het oeuvre. Meer bepaald: het werk staat voorop en kan in alle vrijheid, los van richtlijnen, bekeken en ervaren worden. In het S.M.A.K. bevat de tentoonstelling op initiatief van de kunstenaar geen zaaltekst. De presentatie wordt enkel geduid aan de hand van een informatieblad, dat bij wijze van ‘uitleiding’ ná het bezoek aan het onthaal van het museum wordt aangeboden.

Haar artistieke proces probeert Dash daarentegen juist zo inzichtelijk mogelijk te maken. Zo krijgt de toeschouwer informatie over haar werkwijze en de gebruikte materialen waarmee ze opvallend symmetrische geometrische composities schept. Dat werkprocedé maakt Dash ook zichtbaar in het kunstwerk zelf. Zo onthult ze in Untitled (2022) het kernelement waaruit haar doeken zijn opgebouwd: de verdroogde aardelaag verschijnt er onbedekt aan de oppervlakte. De liniaal die ze in dit werk integreert, lijkt dan weer te verwijzen naar het gereedschap dat ze gebruikt om haar werken vorm te geven.

De controle die ze uitoefent op de presentatie staat in contrast met de manier waarop ze in haar werk het toeval toelaat. De organische materialen waarmee ze aan de slag gaat hebben een niet te voorspellen ‘werking’. De gebarsten woestijnaarde geeft haar doeken een specifieke esthetiek, die als metafoor begrepen kan worden: ze verbeeldt de wijze waarop de mens organische materie aan zijn wil onderwerpt, terwijl hij zelf ook aan natuurlijke processen onderworpen is.

Op die manier sluit Dash’ oeuvre aan bij het gedachtegoed van Bruno Latour. In zijn boek Face à Gaia. Huit conférences sur le nouveau régime climatique (2015) beschrijft Latour hoe de mens, die zichzelf eerder als een ‘cultureel’ dan als een ‘natuurlijk’ wezen beschouwt en de natuur krampachtig onder de duim probeert te houden, nooit ‘volledig kan ontsnappen aan de dwang en beperkingen die de natuur hem oplegt’. De aandacht die Dash aan dit ecologische denken schenkt, blijkt ook uit haar ‘circulaire’ materiaalgebruik, zoals het (gefotografeerde) gerafelde textiel, stukken piepschuim en gebruiksvoorwerpen als bezemstelen en linialen.

Dash snijdt echter ook kunsthistorische thema’s aan. Haar assemblages van geometrische composities en figuratieve textielwerken verwijzen enerzijds naar de abstracte schilderkunst uit de eerste helft van de twintigste eeuw, die in het westerse discours vaak geassocieerd wordt met mannelijke genialiteit. Anderzijds verwijzen haar werken met en in textiel naar een discipline die juist eerder vrouwelijk geconnoteerd is. Dash lijkt beide tradities te willen aaneenrijgen en zo de functie op te nemen van het leesteken waar haar naam naar verwijst.

N. Dash. earth, tot 6 november, S.M.A.K., Jan Hoetplein 1, Gent.