Navid Nuur. When Doubt Turns into Destiny

‘Ik wilde niet in een kerk exposeren. Bij exposeren in een kerk zul je altijd verliezen. Een kerk is niet alleen vanuit een bepaald idee gebouwd, maar dat idee is er ook vormgegeven,’ zegt Navid Nuur (Teheran, 1976) in een interview met Bianca Stigter in NRC Handelsblad. Nuur heeft het over de Oude Kerk, het oudste gebouw van Amsterdam, waarvan de bouw in 1250 aanving. Alleen al door deze geschiedenis is het een indrukwekkende plek. Ondanks zijn bedenkingen bij de locatie ging Nuur in op de uitnodiging om er tentoon te stellen. Sinds 2014 nodigt de Stichting Oude Kerk jaarlijks een kunstenaar uit om nieuw werk te presenteren, zoals recentelijk Aimée Zito Lema en Ibrahim Mahama. Hedendaagse kunst in een kerk tonen: het is geen zeldzaam concept en het geeft kunstenaars de gelegenheid hun praktijk af te stemmen op een architectonische omgeving die danig is voorbepaald en die niet direct in dienst staat van wat er tijdelijk te zien kan zijn. Het is intimiderend wellicht, maar ook een uitdaging, zo lijkt in de titel van de tentoonstelling door te schemeren.
Wat Nuur over de streep trok, was dat de zogeheten IJzeren Kapel van de kerk, de voormalige schatkamer, leeg stond. Met die ruimte in gedachten ontwikkelde hij het project NN XXX. In de kerk werd een open werkplaats ingericht waar gedurende de looptijd van de tentoonstelling honderd vazen zullen worden gemaakt. Aan de achterkant van de provisorische werkplaats hangen foto’s waarop te zien is hoe de kunstenaar vazen uit klei bewerkt door ze aan te drukken tegen stoepjes, deuren, zuilen en andere patronen en reliëfs in de openbare ruimte rondom de kerk. Vervolgens wordt het glazuur gemaakt van alledaagse materialen uit de stad, zoals slib uit de gracht, glas en schelpen. In het middenschip, naast het koor, staat een tijdelijke serre waarin aan weerszijden de reeds gedraaide vazen op tafels staan te drogen. De tafels zijn, tijdens mijn bezoek, al aardig gevuld, maar de voltooiing van de honderd vazen zal niet samenvallen met de voltooiing van het project. Het einde situeert zich pas over honderd jaar, in het futuristische jaartal 2125 – wie weet hoeveel graden de aarde tegen dan is opgewarmd! Tot dan zullen de vazen worden opgeslagen in de IJzeren Kapel. Elk jaar zal op een veiling één vaas worden verkocht, en de opbrengsten komen ten goede aan cultuur in de Oude Kerk.
Het honderdjarige project NN XXX is slechts een van de vijftien werken van Nuur die te zien zijn in de Oude Kerk. Letterlijk een uitzondering daarop is Light/Wound (2024), een met reflecterende verf bewerkte visdraad die slechts zichtbaar is vanuit een bepaalde hoek, en enkel met de juiste lichtinval of met de flits van een camera. Met enige schroom schakel ik de lamp van mijn telefoon een aantal keer na elkaar in, maar de draad krijg ik niet te zien. Dat de draad er vermoedelijk toch is, en dat ook de andere bezoekers verwoed hun flits laten afgaan in de hoek van de kerk – het is op z’n minst amusant, net als verder op zoek gaan naar de kunstwerken die door middel van nummers op een plattegrondje in de folder staan aangegeven. Het lijkt wel een speurtocht: naast de visdraad zijn er nog andere werken zo subtiel – of misschien net te bescheiden – dat je ze makkelijk over het hoofd kan zien. Nummer 14, bijvoorbeeld, is getiteld Apart From the Secret That it Holds (2024). Het is een titel die Nuur vaker heeft gebruikt, ook voor tentoonstellingen, maar de toelichting preciseert: ‘Laserstraal, glas-in-loodraampje uit de Oude Kerk, bergzolder’. Wie op de juiste plek naar boven kijkt, ziet een klein deurtje waaruit een felgroene lichtstraal komt. Het lijkt alsof Nuur, toen hij eenmaal besloten had de uitnodiging te aanvaarden, de plechtigheid van de Oude Kerk naast zich neer heeft gelegd, en vooral kleine, anekdotische en puntsgewijze ingrepen heeft voorgesteld, die desalniettemin vrolijk stemmen, soms ook iets verrassends hebben. Aan een hek in het Snijderskoor hangen typische fietssloten. Hacked & Locked (1952-2024) is geïnspireerd door het smeedwerk van de Amsterdamse stadsbruggen, ontworpen tussen 1921 en 1954 door architect Piet Kramer. Het resultaat is niet alleen een eerbetoon, maar ook een geestige verwijzing naar de veelvuldig gestolen stadsfiets. Hetzelfde geldt voor Untitled (2013), een koperen plakkaat met de gegraveerde tekst ‘Exercise shelter by shifting from focus’. De letters zijn met Vicks VapoRub gevuld, waardoor je moeilijk de neiging kunt onderdrukken even te gaan ruiken aan de enorme letters.
In het koor van de kerk worden bezoekers uitgenodigd om over een strook kiezelsteentjes te lopen en om twee keitjes als een geschenk mee te nemen. ‘Iedere keer als ze tegen elkaar slaan,’ staat er op een kaartje, ‘zal je jezelf eraan herinneren dankbaar te zijn om keer op keer boven de rede uit te stijgen.’ Ook de voltooiing van dit kunstwerk, Step by Step (2024-…), ligt in de toekomst, afhankelijk van de levensduur van de drager. Bloedserieus of met opzet een beetje flauw? Het werk van Nuur wordt vaak omschreven als een poging tot alchemie, en hij houdt zich inderdaad ook letterlijk bezig met allerlei chemische processen. In de Heilig Grafkapel is de diaprojectie van een opgedroogde mensentraan te zien, microscopisch uitvergroot (Ours, 2012-2024), terwijl erboven nog het rode glas-in-loodraam uit 2018 van Giorgio Andreotta Calò zichtbaar is, met een kleur die verwijst naar de locatie van de Oude Kerk in de Amsterdamse Wallen.
De materialen die Nuur gebruikt zijn op zich niets bijzonders, maar ze kunnen wel op een of andere manier gaan schitteren. Hoewel dat het geval is voor de werken elk afzonderlijk, is de samenhang, waarbij idealiter zowel de kerk als de tentoonstelling wint aan zeggingskracht, niet helemaal overtuigend. Wellicht heeft Nuur zich ingehouden; het twijfelende uit de titel is meer aanwezig dan de destiny. In de context van de Oude Kerk was iets minder bescheidenheid en iets meer van het dwingend imponerende (zoals de looptijd van NN XXX) meer op zijn plek geweest. Cloudsweat Corridor (2017-2024) houdt zich in dat opzicht het best staande – of zwevende, in dit geval: een enorme heteluchtballon hangt als een leeggelopen doek aan de nok in de rechtervleugel, vlak bij de ingang van de tentoonstelling. Je zou het nooit associëren met een kerk, maar hier lijkt de luchtballon, nutteloos en leeg, opeens een juiste plek te hebben gevonden.
• Navid Nuur. When Doubt Turns into Destiny, tot 9 februari, Oude Kerk, Oudekerksplein 23, Amsterdam.