width and height should be displayed here dynamically

Valérie Mannaerts

Kunstenaars leven niet geïsoleerd van de wereld, ze zijn er deel van, via hun werk treden ze in permanente dialoog met hun omgeving. De vragen van De Witte Raaf lijken wat dit betreft een binaire, polariserende stelling te propageren die mij weinig constructief lijkt en niet in relatie staat tot de realiteit van het creatie- en realisatieproces. Beeldend kunstenaars zijn geen in ‘cultuur’ gezette organismen die gedijen in de eenzaamheid van de ivoren toren. Ik zie het ‘werk’ van een kunstenaar eerder als een weerbarstig, intern proces, waarbij je zowel in afzondering als in samenspraak werkt. De omgeving die ikzelf creëerde om het creatieproces te stimuleren en mogelijk te maken is uiterst persoonlijk, in permanente evolutie en weg van de waan van de dag. Zie het eerder als de groei van een cactus met zijn eigen seizoenen en specifieke levensloop.

Ik sta voortdurend open voor het gesprek dat mijn werk als een monologue intérieur met me voert. Op die manier ontwikkel ik de interne logica van een oeuvre. Dat is een uiterst gevoelig en complex orgaan dat ik al doende leerde begrijpen en steeds blijf uitbouwen. Met die structuur ga ik in het atelier aan de slag. Werken die ik alleen realiseer, stellen een talig bestaan uit tot ze openbaar zijn gemaakt. Bij het werken in samenspraak dien ik veel sneller te exterioriseren. Bij samenwerkingen zoek ik onder meer de expertise van technische kennis; door tijdsdruk zoek ik bij momenten de assistentie van medewerk.st.er.s.

Momenteel werk ik bijvoorbeeld aan een monumentaal gordijn dat permanent deel zal uitmaken van een pleegzorginstelling. In de ontstaansgeschiedenis van dat werk zitten de gesprekken met en de eisen van architecten, opdrachtgevers en gebruikers vervat. Die ‘wereldlijke’ kant loopt parallel met een meer teruggetrokken, intiemere ontwikkeling in het atelier, waar ik in eerste instantie met mezelf in gesprek ben. Daarnaast loopt een andere ontwikkelingslijn naar de uitvoerders van het gordijn, waarvoor ik samenwerk met TextielLab uit Tilburg, specialisten in onder andere hedendaagse weeftechnieken. Het gesprek met die expertise is een dialoog: de wetenschap van het ambacht duikt met die van de kunstenaar in een waar taalbad. Tijdens die hele maakprocedure heerst er wederzijdse betrokkenheid, waar ik als kunstenaar heel dicht bij alle materiële beslissingen sta, om zo het werk te realiseren dat ik voorvoelde. Het gaat niet alleen om het materiële aanschijn maar vooral om het ‘fijnstellen’ van een werk, dat in elke context zoveel mogelijk zichzelf moet zijn. Ik waak over het specifieke karakter dat het bij het maken verwerft en nadien belichaamt. Dat rijke, meerkoppige gesprek, die doorgedreven samenwerking neemt een bijzondere plaats in binnen de ontwikkeling van een kunstwerk en maakt inherent deel uit van mijn persoonlijke kunstenaarschap.

 

Valérie Mannaerts (1974) woont en werkt in Brussel en Genève. Ze nam deel aan tentoonstellingen in onder meer Kunsthalle Münster, Bozar (Brussel), Roger Raveel Museum (Machelen-aan-de-Leie), Extra City (Antwerpen), RedCat Gallery (Los Angeles), Kiosk (Gent), de Appel (Amsterdam), Culturgest (Lissabon). Publicaties: Valérie Mannaerts. An Exhibition, Another Exhibition (Sternberg Press, 2011), Hit Me With Your Colour Stick (MER Paper Kunsthalle, 2013).