Stories from the Ground
In dit onderdeel van de negende editie van de Biënnale van de Schilderkunst richt curator Martin Germann de blik naar beneden, naar de grond waarop we staan. Letterlijk, met schilderijen over de aarde die we bewonen, en figuurlijk, met werk waarin de ondergrond een hoofdrol speelt. Een thema dus waarmee je alle kanten op kunt. Het nadeel van zo’n breed uitwaaierende opzet is dat de expositie weinig steekhoudends heeft te melden. Het voordeel is dat allerlei uiteenlopende artistieke posities moeiteloos kunnen worden ingepast. Dat komt goed uit, want als het gaat om het vroegtijdig signaleren van actuele ontwikkelingen in de internationale schilderkunst, heeft de biënnale in de Leiestreek een reputatie hoog te houden.
Vandaag de dag is schilderkunst een rekbare categorie, al lang niet meer gebonden aan verf op doek. Zo bestaat de bijdrage van de ooit als schilder begonnen Colombiaanse Delcy Morelos uit een gigantische wal van donkere aarde, getiteld Profundis (2024). Het gevaarte heeft de glazen patio van het museum deels opgeslokt en blokkeert het invallend licht. Je voelt de vochtige warmte, ruikt de bedompte grondlucht. Dit is de schoot van Moeder Aarde waar alle leven aan ontspringt en tegelijk een duister graf. De overdonderende installatie gaat goed samen met Night Piece 07 (2015) van Edith Dekyndt, even verderop in de zaal. Het werk bestaat uit een opgevouwen elektrische deken, bedekt met een laag zwarte was. De plakkerige substantie wordt kunstmatig op temperatuur gehouden, waardoor ze vloeibaar is noch vast. Fysieke instabiliteit zorgt hier voor een elegante analogie met het schemergebied tussen slapen en waken.
Verschillende schilderijen maken hun eigen ontstaansgrond expliciet. Gabriel Hartley, een Brit die in Tokio woont, schildert met zelfgemaakte pigmenten en Arabische gom op de vloer van zijn piepkleine atelier. De verfstof is door het doek heen gedrongen en vormt aan gene zijde onvoorziene constellaties van donzige vormen in zachte, doorschijnende kleuren. In de diepere lagen van het beeld zie je de afdrukken van de tatami die ooit ondergrond was, als geologische striaties die iets verraden over de aardbodem miljoenen jaren geleden. De sombere doeken van de Amerikaan Daniel Turner zijn gemaakt door koper in het doek te branden. Het metaal is afkomstig uit een voormalige waterkrachtcentrale en vervolgens door de shredder gehaald. De zwarte vegen vormen een flakkerend vuur in negatief. Apocalyptisch onheil in een minimalistisch idioom. Hier is het canvas een arena voor ontzagwekkende natuurkrachten in de beste traditie van the romantic Sublime.
Een goede gewoonte van Museum Dhondt-Dhaenens is om actuele schilderkunst te combineren met historische werken uit de museumcollectie. Een voorbeeld is de zaal waarin de doeken van Vivian Suter kriskras door de ruimte hangen. De Argentijnse schildert altijd buiten, op de voormalige plantage waar ze woont, in het regenwoud van Guatemala. De chaotische installatie (Suters handelsmerk) echoot de wildgroei van de natuurlijke omgeving waar de werken zijn ontstaan. Ik ben geen liefhebber van deze presentatievorm; de werken zitten elkaar in de weg en de zeggingskracht van de afzonderlijke beelden dreigt in de kakofonie ten onder te gaan. Verrassend zijn de twintigste-eeuwse schilderijen van onbekende vrouwelijke schilders die in deze jungle her en der opduiken. Een woest abstract doekje uit 1963 in gloeiend oranje, grijs en olijfgroen van Anna Staritsky vormt een perfecte match met Suters levenskrachtige schilderingen.
Bij Selma Selman heeft de ondergrond alles te maken met haar achtergrond. De kunstenaar komt uit een Romafamilie van schroothandelaren in Bosnië en Herzegovina. Haar zelfportret ten voeten uit is geschilderd op drie losse, onregelmatig gevormde stukken metaal. Een ander werk van haar, Dirt 0 (2021), is een oude doek die ooit door haar vader werd gebruikt in de laadbak bij het transport van oud ijzer. Het opgespannen textiel, bevuild door stof, aarde en chemicaliën, roept associaties op met abstract expressionisme, maar heeft meer gemeen met de sociale kunstpraktijk van Joseph Beuys. Met haar zeer specifieke materiaalkeuze vestigt Selman de aandacht op verbanden tussen economie en ecologie.
Verschillende werken gaan in op wat we historische grond zouden kunnen noemen. Dala Nasser, bijvoorbeeld, maakte afdrukken op doek van een kalkstenen tombe net buiten Qana in het zuiden van Libanon, dat een lange geschiedenis kent van geweld. Behrang Karimi zinspeelt met zijn schilderij van een dadelpalm op het joodse verleden van een gebied dat tegenwoordig deel uitmaakt van Tunesië. Voor beide schilders is grond op de eerste plaats een lieu de mémoire.
Andere werken hebben slechts zijdelings met het thema te maken. Zo zou je de inktzwarte schilderijtjes van filmmaker Derek Jarman kunnen omschrijven als droefgeestige bespiegelingen op lichamelijk en geestelijk verval in tijden van aids. Michael Van den Abeele toont een collage van binnenstebuiten gekeerde zakken chips, gemonteerd op een frame. De schreeuwerige verpakkingen zijn tot zwijgen gebracht in een muur van dof glanzende folie, waardoor Against Nutrition (Big) (2024) oogt als een blikken monument voor overbodigheid. Stanislava Kovalcikova metselde voor de presentatie van haar exuberante, psychedelische schilderijen een bakstenen muurtje, dat dezelfde afmetingen heeft als de museumentree. Op het bouwsel hangt ook een doorkijkje door een soortgelijke muur van bakstenen, geschilderd door René Magritte. Het gastoptreden van de surrealist onderstreept Kovalcikova’s streven de grenzen tussen binnen- en buitenwereld op te heffen.
Van Jannis Marwitz zijn stillevens van sandalen, plastic zakjes en roestvrijstalen pannen te zien, vakkundig geschilderd in encaustiek. In een van de werken groeien uit het beeldoppervlak enorme rattenstaarten. Geraffineerd speelt Marwitz een anarchistisch spelletje met traditionele schildertechnieken en picturale representatie. Elke poging om grip te krijgen op deze absurde beelden schiet tekort. Het is alsof de grondslagen van de schilderkunst zelf aan het wankelen zijn gebracht. Bijna kun je Magritte horen gniffelen.
• Stories from the Ground. 9e Biënnale van de Schilderkunst, tot 6 oktober, Museum Dhondt-Dhaenens, Museumlaan 14, Sint-Martens-Latem.