width and height should be displayed here dynamically

Suchan Kinoshita – Archive of Problems

Suchan Kinoshita heeft de kamers van het Maastrichtse Marres opgedeeld in hokjes door, zoals we dat van haar gewoon zijn, gebruik te maken van geperforeerde platen. Elk hok vormt een soort lokaaltje waarin ze bezoekers uitnodigt zich te ‘oefenen’ in het omgaan met ‘problemen’ van verschillende aard. Daartoe worden hen de materialen aangereikt die we uit het oeuvre van Kinoshita kennen: woorden, voorwerpen, relaties tussen woorden en voorwerpen, het verlopen van de tijd, monitors met beeld en geluid, en interacties tussen al deze zaken en mensen in de ruimte. In het centrum van deze hokjesstructuur staat een weegschaal met twee schalen waarin woorden liggen. Omdat sommige van die woorden de negatie inhouden van andere, ontstaat de suggestie dat bezoekers naar believen woorden van de ene kant van de balans naar de andere kunnen verhuizen om zo een eigen, meer of minder evenwichtig geheel na te streven. Heel begrijpelijk, maar de opzet is wat simplistisch en het beeld niet echt fris. En daar heeft de hele tentoonstelling wat onder te lijden: een overmaat aan didactiek.

De tentoonstelling is erg geschikt om de ‘problemen’, de vragen waar Kinoshita in haar werk mee bezig is, nog eens op een rijtje te zetten. Dat inventariseren is een tactiek die ze ook in haar eigen werk toepast. Je ziet het op een massa schoolborden in de achterste twee ruimtes, beschreven alsof er zojuist een personeelsvergadering heeft plaatsgevonden. Kernwoorden, driehoeksschema’s, lijstjes met niet te verwaarlozen punten roepen een sfeer op van functioneringsgesprekken en het daarbij horende ‘levenslang leren’-jargon. Zo’n proces geraakt natuurlijk nooit afgerond, de woorden stromen dan ook over de borden heen – je vindt dezelfde woorden en schema’s op verschillende borden terug – en tegen de muren staan nog meer borden, morsig over elkaar geleund. Op de opening in juni werd aan sommige bezoekers/participanten gevraagd om met die borden aan de slag te gaan, terwijl anderen plaatsnamen op banken en stoeltjes, en toekeken. Om beurten kozen een of twee van de deelnemers een bord uit, plaatsten het vooraan en togen aan het werk met veger en krijt.

Het was een performance zoals Kinoshita die wel meer op touw heeft gezet: zonder te benadrukken dat het om een performance gaat. Maar als deze presentatie in vergelijking met eerdere (in het Antwerpse MUHKA, of in de ‘noodlocatie’ van het Van Abbemuseum in Eindhoven) braver oogt, heeft dat te maken met het feit dat ze hier de regie – de inrichting van de verschillende oefenplekken en de uitnodiging aan het adres van de bezoekers om zich ook ‘participant’ te voelen – strakker dirigeert. Gevolg is dat na afloop niet het ongerijmde van de performance beklijft maar eerder het voorspelbare – schoolse – van een demonstratie.

Het is een gevoel dat je in het geheel van de tentoonstelling niet kwijtraakt. Het stoort ook in een zijzaal waar je een verzameling doe-het-zelfmaterialen aantreft en een hoop objecten die nog het best te omschrijven zijn als bijna bruikbare badkamerattributen – een persplaat waaraan een zeephoudertje is vastgevezen, schoonmaakmateriaal weggemoffeld achter een douchegordijn aan een rail, een vierkant van gelijmde tegeltjes, een stapel enkele sokken. Ze kunnen stuk voor stuk de boer op als herkenbare multipels van Suchan Kinoshita, maar daarom doen ze het nog niet als werk op zich. Op een bijbehorende video zie je mensen die, de ene na de andere, demonstreren wat je met die dingen zoal kan aanvangen. Er is met alles wel iets te doen, zo luidt de boodschap, je kunt continu met alles aan de slag. Maar ‘harde’ confrontatie, of ‘vrije’ ontmoetingen tussen mensen en dingen, dingen en dingen en/of mensen en mensen, zijn daarmee nog niet onmiddellijk gegeven.

Omdat de inzet zo hol is, en het materiaal vaak weinig spanning oproept, krijgt het ‘werken ermee’ algauw het karakter van een gezelschapsspel – of een groepsmeditatie zonder aanwijsbaar doel of uitkomst. Men zou zich kunnen voorstellen dat dit spel thuishoort in de context van een Fluxusconcert, maar dan een dat zich in de beslotenheid van het kabinet van een psycholoog afspeelt. Eén werk, waarvoor Kinoshita telkens zeven woorden linkte aan personen uit haar kennissenkring, komt daar dicht bij in de buurt. Op een video zie je de betreffende personen nadat ze, de ene na de andere, post hebben gevat in het middelpunt van een roterende schijf (die zelf ook een hokje in de tentoonstelling beslaat). De camera is op zo’n manier op de persoon gericht dat de woorden, aangebracht op borden op stokken die in een cirkel rond de schijf zijn opgesteld, achter hem of haar in het beeld passeren. Ondertussen doet de persoon zijn of haar ‘verhaal’, uitgaande van de voorbijtrekkende woorden.

Als Kinoshita iets wilde duidelijk maken met haar Archive of Problems is het allicht dat problemen er niet zijn om ze op te lossen maar om ermee bezig te zijn. Maar de kritiek die je op de uitkomst daarvan – deze tentoonstelling – kunt hebben is dat ze het eerste nu net zo duidelijk doet.

 

• Suchan Kinoshita – Archive of Problems loopt tot 25 juli in MARRES – centrum beeldende kunst, Capucijnenstraat 98 (Postbus 275), 6200 AG Maastricht (043/327.02.07; info@marres.org; www.marres.org).