Yesterday (when there were no jokes left to tell)

In 2021 fuseerden de Genkse werkplaats FLACC en het Hasseltse Kunstverein CIAP en ontstond Jester, dat zich onlangs vestigde op de site van C-mine in Genk. De nieuwbouw, ontworpen door de architecten van 51N4E en Point Supreme, bestaat uit drie paviljoenen, met een tentoonstellingsruimte en een auditorium, drie multifunctionele studio’s voor residenten en werkplaatsen voor hout, metaal, keramiek en een digitale studio. De architectuur valt op dankzij frisse, geel-witte accenten en babyblauwe tegels, wat een uitnodigende sfeer creëert en opvallend contrasteert met de omliggende industriële terrils. Voor de dubbeltentoonstelling Yesterday (when there were no jokes left to tell) liet artistiek directeur Koi Persyn zich inspireren door de naam en de identiteit van Jester. Hij nodigde de Franse kunstenaar Julie Béna (1982) en de Frans-Marokkaanse kunstenaar Kamil Bouzoubaa-Grivel (1992) uit om zowel nieuw als bestaand werk te tonen, deels op locatie gemaakt.
Als vertrekpunt dient de eeuwenoude figuur van de nar: een personage dat vanuit een bescheiden positie maatschappelijke taboes doorbreekt met spot en ironie. Toch zijn humor en satire in de tentoonstelling ver te zoeken. Bij binnenkomst ontvangen bezoekers een tarotkaart getiteld A Tear of the Jester, die net als de titel van de tentoonstelling verwijst naar de eerder duistere kant van de vaak goedlachse nar. Persyn presenteert de kunstenaar als een eigentijdse nar, als een figuur die de samenleving een kritische spiegel voorhoudt – een rol die volgens hem ‘in deze turbulente tijden waarin geopolitieke, ecologische, financiële en sociale crisissen elkaar in een onhoudbaar tempo opvolgen’ belangrijker is dan ooit. De apocalyptische toon in de tekst roept vragen op. Hebben kunstenaars niet altijd de rol van de nar vervuld? Is het werkelijk hun verantwoordelijkheid om die kritische taak op zich te nemen? En in welke mate kunnen ze daarmee resultaat boeken?
De reflectie op wat kunst hoort te zijn, komt het sterkst naar voren in de scenografie en de doorgedreven grafische vormgeving. Naast de centrale rol van de pessimistische nar hebben ook de tarotkaarten een cruciale functie. Ze zijn niet bedoeld om de toekomst te voorspellen, maar functioneren binnen de expo toch als een gids die de juiste richting aanwijst. Aan het begin van het project trokken Persyn, Béna en Bouzoubaa-Grivel ieder een tarotkaart: The Wheel of Fortune, The Hanged Man en Death. Wie welke kaart trok, blijft in het midden, maar de kaarten zijn ankerpunten voor de nieuwe kunstwerken en bepalen ook de ruimtelijke indeling.
Zo opent de tentoonstelling, in een kleine kamer met als titel ‘The Room of the Past’, met een staalconstructie van Béna. De figuur van de jester dook trouwens al eerder op in haar oeuvre. Een rad, The Wheel of Fortune (2018), biedt een levensles zoals een tarotkaart dat doet. De zaaltekst stelt: ‘In de kosmische cyclus is alles vergankelijk, terwijl het tegelijkertijd de belofte van vernieuwing in zich draagt.’ Het zet niet alleen de toon, maar vat ook de artistieke praktijk van Béna samen. In haar wereldse visie schuilt er een transformatieve kracht in de dood: hoe duister het einde ook lijkt, er blijft altijd ruimte voor een nieuw begin. In plaats van triviale prijzen of getallen prijken op het rad de namen van iconische vrouwen, zoals Nina Simone, Anna Morandi en Angela Merkel. In het midden van het rad staat in handgeschreven letters: ‘Have you seen’. Vrouwelijke kracht wordt op die manier in een context geplaatst die doorgaans wordt geassocieerd met toeval en amusement.
De sfeer verandert abrupt in de volgende kamer, gewijd aan het heden en aan de tarotkaart met de opgeknoopte man, zodat de tentoonstelling een donkere, confronterende wending neemt. Centraal hangt Jester (the hanged one) (2024) van Béna, een zwart, glanzend beeld van een nar die ondersteboven hangt, vastgebonden aan één enkel. De dreiging van de sculptuur wordt nog versterkt, aan de rechterkant, door The Carousel of Death (2024): een levensgrote, gitzwart geverfde carrousel, eveneens ontworpen door Béna. Boven op het dak van de carrousel prijkt een schedel met een opvallende geplisseerde kraag, terwijl rode lampjes een sinistere gloed over de ruimte werpen. In contrast met The Wheel of Fortune lijkt dit werk geen expliciete politieke boodschap uit te dragen, hoewel de symboliek van de tarotkaart – de dood, de opgeknoopte man – met het lot van de nar verbonden kan worden.
Zeven grote zwarte tekeningen van Bouzoubaa-Grivel, strak ingelijst in zilveren kaders, decoreren de muren van de ruimte. De ingetogen werken hebben een sobere, grafische uitstraling, die zowel aan digitale patronen als aan textiel doet denken, en die in sterk contrast staat met de theatrale en geladen beeldtaal van Béna. Aangezien Béna’s werk zo nadrukkelijk de toon en het narratieve kader van de tentoonstelling bepaalt – met het rad, de gehangene en haar langlopende artistieke onderzoek naar de nar – dreigt Bouzoubaa-Grivels bijdrage enigszins op de achtergrond te raken.
In de laatste ruimte, gewijd aan de toekomst en de dood, trekt een animatiefilm uit The Jester and Death (2020) alle aandacht. Béna’s alter ego glijdt moeiteloos tussen verschillende werelden. Met een esthetiek die doet denken aan een videogame en met levendige, betoverende kleuren, creëert de film een surrealistische sfeer. In deze fabelachtige omgeving ontmoet Béna een reeks wonderlijke personages: een slak, een spin, een vlieg en een versie van zichzelf. Samen worden ze meegesleept in een spelletje ‘raad eens wie?’, waarbij Béna haar gezelschap met een kinderlijk, verleidelijk Frans accent absurde en paradoxale antwoorden geeft. Deze ‘onoplosbare’ raadsels geven het scenario een melancholische, fatalistische toon, die de bezoeker aanzet tot ongemakkelijke overpeinzingen.
Béna’s werken fungeren als speelse rekwisieten in een feministisch-dadaïstisch theater, met het rad, de gehangen nar en de carrousel van de dood als dramatisch decor. In lijn met de dadaïstische traditie worden deze thema’s op een absurdistische manier verbeeld. En hoewel fatalisme voelbaar is – het gevoel dat gebeurtenissen onvermijdelijk zijn en door het lot worden bepaald – wordt humoristisch onderstreept dat de geschiedenis een menselijke constructie blijft die verandering altijd toelaat. Aan het einde van mijn bezoek draai ik mijn tarotkaart om en lees ik de absurde vraag: ‘What is scary when falling in the space between universes?’
• Yesterday (when there were no jokes left to tell), 26 oktober 2024 tot 19 januari 2025, Jester, Schachtboklaan 11, 3600 Genk.