Essays
-
Kunst en jeugd
Gesprek met Matt Mullican
Koen Brams -
Uitschot in de dop
Fernand Deligny -
Masters?
Het boek tussen de boeken
Hilde Van Pelt -
Creativiteit, informatie en de dood van de auteur
Vilém Flusser over de toekomst van de kunsthogescholen
Marcel René Marburger -
‘Men vergeet dat onderwijs een precaire relatie is tussen student en docent’
Gesprek met Wouter Davidts over zijn docentschap aan de Vrije Universiteit Amsterdam
Daniël van der Poel -
Universiteit versus academie
Gesprek met Guido Goossens over lesgeven aan de universiteit en in het kunstonderwijs
Daniël van der Poel -
Een verslag van ‘Luca?’, een debat over academisering en de integratie van de Sint-Lucas Gent in de KU Leuven, 13 februari 2013
Eveline Vanfraussen
Besprekingen
-
Modernisme: Belgische abstracte kunst en Europa
Architectuur & vormgeving Fredie Floré
-
Up Close & Personal. Cultuurcentrum Mechelen.
Laura Herman -
Leen Voet, Sint-Rita, Netwerk, Aalst
Birgit Cleppe -
Moments on Moments
Charlotte De Somviele -
Fotografie uit het Midden-Oosten
Steven Humblet -
Keith Edmier in Haarlem
Dominic van den Boogerd -
Letzte Bilder – Von Manet zu Kippenberger, Frankfurt
Sandra Kisters -
Hilma af Klint: Pionier van abstractie
Tessel Bauduin -
All-in-One. Thomas Bayrle in WIELS
Birgit Cleppe -
Vaast Colson bij Maes & Matthys Gallery
Laurence Scherz -
Marien Schouten bij Galerie Paul Andriesse
Marian Cousijn
163
mei-juni 2013
Opvoeding/Leertijd (1)
Dit nummer kwam tot stand in samenwerking met Koen Brams.
Wanneer word je kunstenaar? Koen Brams & Dirk Pültau voerden met Matt Mullican een gesprek over zijn kindertijd, jeugd en jongvolwassenheid, en afgaand op zijn relaas moet de leertijd van een kunstenaar zeer breed worden opgevat. Een eerste ‘feit’ doet zich al voor als hij amper kan spreken: in navolging van zijn vader, de schilder Lee Mullican, hangt hij een plaatje aan de muur waarbij hij brabbeltaal uitslaat. De zeer diverse kunstobjecten in het huis van de Mullicans; het verblijf met zijn ouders in Rome en Santiago; de bezoeken aan prehistorische sites, musea en galeries; de ‘performances’ die hij als adolescent opvoert met zijn vrienden: ze worden door Mullican allemaal vermeld als belangrijke ‘leermomenten’. Pas op 20-jarige leeftijd begint zijn ‘officiële’ leertraject aan CalArts. Hoewel Mullican het belang van deze opleiding onderstreept, is ze slechts één etappe op de lange weg naar het kunstenaarschap, dat ook met het behalen van een diploma niet definitief vastligt. Eenzelfde inzicht brengt Hilde Van Pelt ertoe om te pleiten voor kunstonderwijs dat niet vertrekt van het bezitten van kennis, maar van een fundamenteel tekort aan kennis, dat door docent en student gedeeld wordt en hen aanzet tot een gezamenlijke zoektocht. Vilém Flusser – wiens ideeën over kunstonderwijs besproken worden door Marcel René Marburger – bevraagt eveneens het ‘hiërarchisch’ model waarbij kennis van ‘meester’ aan ‘leerling’ wordt doorgegeven. Hij bepleit een dialogisch model waarbij de docent en de student in gelijke mate betrokken zijn in het genereren van inzichten.
‘Wanneer de enkelingen die je zal hebben ‘verbeterd’, eenmaal buiten, wangedrag vertonen, dan zal je denken dat het de ánderen zijn die heropvoeding behoeven. En dat is niet eens zo slecht gedacht.’ Ook de Franse pedagoog Fernand Deligny, de auteur van voorafgaand citaat, ondergraaft de mogelijkheid dat iemand via opvoeding een bepaalde richting kan worden opgestuurd. ‘Het leven heeft nu eenmaal veel meer ervaring dan jij’, luidt een van de andere bedenkingen die hij ons toewerpt in Graine de crapule, een reeks vlijmscherpe stellingen aan het adres van de pedagoog.
Het nummer omvat daarnaast drie bijdragen waarin het actuele institutionele kader van het kunstonderwijs (en de opleiding kunstgeschiedenis) van naderbij wordt bekeken. In een gesprek met Guido Goossens gaat Daniël van der Poel in op de verschillen tussen lesgeven aan een universiteit en aan een academie – in dit geval de Universiteit en de Academie Beeldende Kunsten te Maastricht. Naar aanleiding van het ontslag van Wouter Davidts aan de Vrije Universiteit Amsterdam, gaat hij met deze laatste in gesprek over de problemen in het universitair onderwijs in het algemeen en aan de faculteit Kunstgeschiedenis van de VU in het bijzonder. Tot slot doet Eveline Vanfraussen verslag van het debat over de academisering en de integratie van Sint-Lucas Gent in de KU Leuven, dat op 13 februari 2013 plaatsvond in Gent.